Bescheidenheid maakt plaats voor zelfbewustzijn

Auteur: Redactie
Hotelketens 4 april 1998
Bescheidenheid maakt plaats voor zelfbewustzijn

De Twentse horeca floreert als nooit tevoren. Er zijn in ons land niet veel streken waar de verscheidenheid aan bedrijven - en de kwaliteit van die bedrijven - zo hoog is. Dat zeggen althans de Twentse hôteliers zelf. Twente zal Zuid-Limburg binnenkort naar de kroon steken, roepen zij eensgezind en enigszins stoutmoedig. Maar is het Twentse front wel zo hecht? De Duitse Gründ­lich­keit waar een aantal Twentse hôteliers prat op gaat, heeft nu al te lijden onder de Franse slag. Dat komt ervan, als je de bourgondi­sche inslag - heel aantrekkelijk, dat wel - uit het zuiden importeert.

Om te beginnen zijn er natuurlijk overeenkomsten tussen Twente en Zuid-Limburg: allebei een prachtige natuur; allebei een grensstreek. De wandel- en fietsmogelijk­heden zijn er schier onuitputtelijk. ’Beide streken kunnen bogen op hoogwaardige culinaire moge­lijkheden,' zegt Dick Vollenga, directeur van het Dish-hotel in Enschede.

Strikker, directeur van hotel Bloemenbeek in De Lutte, is het daar (uiteraard) mee eens, maar hij plaatst er wel een kanttekening bij ten faveure van Twente: 'Je ziet dat veel hotelaccommodaties in Zuid-Limburg gebruik maken van de sterren die naburige restaurants hebben verdiend. Bij ons kun je in de hotels zelf uitstekend eten. Denk maar aan De Wiemsel in Ootmarsum; De Holtweijde in Lattrop; de Wilmersberg in De Lutte.’

Vol­gens Strikker zijn dat niet de enige verschil­len: ’In Twente lopen we kwalitatief gezien voor op onze Limburgse vakbroeders. Hier proberen we alles met een Duitse Gründlichkeit te doen; in Zuid-Limburg zie je regelmatig de Franse slag. Dat nonchalante. Ik ben in gelegenhe­den geweest waarvan ik dacht: dat pikken we in Twente niet. In Limburg wordt het als "een goed product" verkocht. Ik heb het dan vooral over het interieur en de sfeer.’

Strikker mag dat zeggen, want hij heeft jaren lang in Zuid-Limburg gewerkt ’Ik heb veel kennis in het zuiden opgedaan, maar ik heb nu het gevoel dat we ze inhalen. Dat is niet erg. We kunnen prima naast elkaar opereren.’

Slaapfabriek

Brandriet, eigenaar van hotel het Wapen van Delden, hotel de Zwaan in Stad Delden en Golden Tulip hotel De Broeierd in Enschede, is minder geporteerd van de Twentse 'Duitsheid'. Hij herkent juist iets van de Maastrichtse bourgondische sfeer in Enschede. ’Er zijn veel overeenkomsten, maar aan een publiekstrekker als Maas­tricht kan Enschede absoluut niet tippen. Ik denk dat we de collega's in Limburg wel naderen, maar van evenaren is voorlopig geen sprake. Dat is een utopie.’

De heersende opinie in Twente is, dat sinds de komst van Hotel Hengelo (beter bekend als Van der Valk langs de A1) de prijzen worden gedrukt. Service en kwaliteit zijn er ondergeschikt aan de prijs. Mensen kiezen in groten getale voor deze zogenaamde slaapfabriek. Het hotel heeft een bezettingspercentage van ongeveer tachtig procent. ’De bijna spreekwoordelijke Twentse bescheidenheid geldt niet voor ons,' zegt financieel manager Heuker. 'We halen managers uit het westen en buigen zo die mentaliteit om. Andere hôteliers in Twente doen dat ook. Hoezo prijs en kwaliteit? We krijgen regelmatig gasten die vragen om een korting op de overnachtingsprijs, maar die korting zit bij ons al in de prijs. Wij zijn net zo commercieel als alle andere bedrijven. Wij begeven ons in praktisch alle segmenten, over de hele linie. Praat dan niet over verschillende doelgroepen en andere prijs/kwaliteitverhoudingen. Ik zie ze bij ons niet.’

De zwakste schakel

Volgens directeur Leurink, van Hotellerie De Holtweijde, speelt ook het achterland een belangrijke rol. 'Twente profileert zich wel als het hart van Europa, maar dat is een beetje vergezocht. Het is maar net waar je de passerpunt neerzet. Limburg heeft niet voor niets het drielandenpunt. Mensen gaan nu eenmaal eerder naar het zui­den. Wat zit er boven Twente? Drenthe, maar ook het Groningse platte­land. Bovendien boogt Limburg op de nabijheid van België, volgens de Limburgse hôteliers de Keuken van Europa. Het is er wel prijzig, maar je krijgt ook absolute topkwaliteit. Het lijkt mij het beste dat de Twentse hôteliers gezamenlijk de gasten naar Twente lokken. Als ze hier eenmaal zijn, moeten we proberen ze vast te houden. In de eigen regio is het dan ieder voor zich.'

Volgens hoteleigenaar Brandriet, tevens secretaris van het Hotel Overleg Twente (HOT), verwacht Leurink te veel van het samen­werkingsverband. ’Je houdt altijd kritiek; je kunt het niemand volledig naar zijn zin maken. Het is wel een feit dat we ons vooral op drie-, vier- en vijfsterrenaccommodaties richten. Dan zijn er veel belangengroepe­ringen. Vergeet overigens niet dat sinds de realisatie van HOT de bedbezetting in Twente met nogal wat procenten is gestegen. Dus zo slecht doen we het nog niet.’

’Samenwerking is net zo sterk als de zwakste schakel,’ zegt Strikker voorzichtig. ’De markt is er; nu het aanbod­ nog. De laatste jaren zie je de ontwikkeling van veel kleine bedrijfjes. Ze onderscheiden zich door kwaliteit en prijsbewustzijn. Zij weten zich zo te ontpoppen tot relatief grote, goed georganiseerde hotels. Samenwerking is altijd een middel; het mag nooit een doel zijn. Kwaliteit komt vanzelf bovendrijven. Je weet toch als hotel wat je gasten willen. Het gaat om een goede mix van medewerkers, product, gasten en wat je zelf wilt. Verfijning in die samenwerking zie ik niet zo zitten.’

Oase

Horeca Nederland stelt zich diplomatiek op: 'Er is in ons land ruimte voor een zogenaamde en-en-situatie. Twente kan best de hoogste positie innemen, als deze wordt gedeeld met Zuid-Limburg. De vijver is groot genoeg. Mensen kiezen hun vakantiebestemming vaak impulsief en op irrationele gronden. Dat maakt hotelgasten soms lastig te bevatten; zeker als het een midweekarrangement of een lang weekeinde betreft.

In Twente wordt intussen groot belang gehecht aan de A1. Deze verkeersader heeft er voor gezorgd dat de mensen uit de Randstad, met welgevulde portefeuilles, binnen anderhalf uur kunnen genieten van de Twentse oase van rust. Golfbanen, anti-stressweekeinden en geen

vliegtuig-, verkeer-, of treinkabaal.

’We zijn sterk genoeg. We hebben een eigen uitstraling,’ vindt Strikker. ’Dat is onze kracht en daarop bouwen we verder.'

Twentepromotie
Als het aan directeur Leurink van Hotellerie De Holtweijde in Lattrop ligt, komt er een krachtige Twen­tepromotie die wekelijks verschijnt als tv-spotje, of als advertentie in landelijke dagbladen. ’Jaarlijks hebben we als HOT ruim een ton te beste­den. Dat geld wordt veel te verspreid uitgegeven. De gemiddelde Nederlander heeft maandelijks een achterstand van bijna een halve meter aan folders waar hij niet aan toekomt. Waarom gebruiken wij dat middel dan nog? Zo'n gastenboekje van HOT dat nu wordt ontwikkeld, ... Dat mist toch iedere uitwerking. Er moet een sterk, eigentijds Twentelogo ontwikkeld worden waarvan de lezer of tv-kijker zegt: "Hè, daar heb je die Tukkers weer. Ik ga er toch eens een kijkje nemen." De huidige uitga­ven leveren veel te weinig rende­ment op.'
Een betere samen­werking komt nauwelijks van de grond door jaloezie en naijver, stelt Leurink. ’Mensen denken teveel aan hun eigen toko, terwijl zij toch vooral gemeenschap­pelijke belangen hebben. De hôteliers zouden meer vertrouwen in elkaar moeten hebben. We moeten gezamenlijk die streep over; de bescheidenheid afwerpen. Dan ligt er voor ons een mooie toekomst.’

Overig nieuws