Vriendelijke, maar dringende e-mailtjes van de uitgever: ik ben te laat met mijn column. Veel te laat; ja, ik weet het, maar ik kan het niet helpen, want mijn verslaving speelt me parten. "Column"... Hmm... Eindelijk een woord met een c zonder een e. Ik speel wordfeud met mijn vrouw (eerst zelfs toen ze naast me zat, maar dat heb ik gauw afgeleerd), met de kinderen (zij zijn het huis uit, dus leuk om zo contact te hebben) en met vrienden. Ik heb nog steeds mijn bedenkingen bij het nut en de waarde van twitteren, maar wordfeud – tja, hoe spreek je dat uit? "Wurdfjoed" of zo – had mij meteen in een houdgreep. Het is scrabble, maar dan met de telefoon of iPad. Het kan zelfs op de laptop. Je kunt stiekem ontzettend lang nadenken zonder dat je tegenstander het weet, en je kunt alle (on)mogelijke combinaties rustig uitproberen zonder dat iemand zegt dat je op moet schieten. En als je de tegenstander spreekt, zeg je gewoon: "O, ik had het even te druk vandaag, maar vanavond stuur ik je wel een woord." Om hem vervolgens te dissen met 85 punten of zo. Dat hoop je dan, maar meestal heb je alleen maar medeklinkers, of alleen maar klinkers.
Voor degenen die denken dat ik aan het raaskallen ben; ik ga het niet uitleggen. Download maar fijn wordfeud. Gratis, je moet alleen de reclame wegklikken na iedere zet. Waarom hebben hotelketens nog niet hun eigen variant hierop? Geweldig toch? Al je gasten laat je gratis wordfeuten tegen elkaar. Je creëert een "community" en een binding die zijn weerga niet kent. Winnaars kunnen "loyalty punten" winnen en daarmee kortingen in het restaurant, de bar of de wellness. Een beetje "foursquare", maar dan op één locatie.
Ik denk dat de combinatie met de chatfunctie de "finishing touch" is. Met een lettertype van twintig jaar geleden kun je heel eenvoudige berichtjes sturen aan je tegenstander, zoals "Zo, dat is een goeie!" Of: "Haha, ik sta voor." In een hotel kun je natuurlijk chatten: "Ik ga even beneden wat drinken; doe je mee?" En voilà, daar is de community geboren.
Op twitter beginnen bedrijven steeds nadrukkelijker te adverteren, dus daar gaat de lol van af. Intercontinental Hotels had voor "cybermonday" (de online shop-maandag na Thanksgiving) al een "Gottaget 100" opgezet: je moest al die tweets bijhouden, en als er dan eentje tussen zat met "gottaget 100", dan kon je inschrijven. En waarvoor? Je kreeg honderd dollar korting op de volgende boeking, nadat je eerst een promotieweekend had geboekt. Cybermarketing voor hotels staat nog in de kinderschoenen, zullen we maar zeggen. Mijn advies: op iedere kamer een iPad, met de eerste twee uur een dwingend toontje dat je al een kwartier geen woord hebt gemaakt. Daarna is iedere gast verslaafd; hij krijgt dan automatisch bij ieder spelmoment (dus iedere vijf minuten) een gerichte reclameboodschap. Die wordt dan natuurlijk gemanaged door de cybermanager van de frontdesk. Als die ziet dat de bar te leeg is, stuurt hij een chat voor een gratis drankje binnen de eerstkomende tien minuten. Hmm... Zou de Nederlandse wordfeud "chat" accepteren als woord? Weer één met een c, zonder een e.
HM302011