De term Jubeljaar is zeer toepasselijk omgeven door schimmigheid. De christelijke jubileumviering vierde men al eeuwen volgens het Joodse principe, eens in de zeven jaar. Wat toen van toepassing was op het investeren in herbergen, geldt volgens mij nog steeds voor investeren in hotels; niets nieuws onder de zon. De katholieke kerk wist er een eigen draai aan te geven. Vanaf 1300 eens in de honderd jaar, bedacht de paus. Maar dat is wel saai voor veel mensen, dus opeenvolgende pausen bedachten dat een jubeljaar ook wel eens in de vijftig jaar, toen eens in de drieëndertig jaar, of zelfs eens in de vijfentwintig jaar zou kunnen. Maar ook als een paus het op zijn heupen krijgt, kan hij er zelf eentje uitroepen. 2000 was een regulier jubeljaar, maar 2016 was een geintje van paus Franciscus. In de hotellerie was 2000 ook een jubeljaar, maar 2016 nog niet helemaal, dus daar heeft ‘Zijne Heiligheid’ toch een foutje gemaakt. Hij kan nog herkansen voor 2019, want dat jaar wordt het helemaal. In een jubeljaar zet de paus de heilige deur van een belangrijke kerk open. Eenieder die daar doorheen loopt is dan vrij van zonden en leeft nog ‘happily ever after’.
In 2019 stijgt de bezettingsgraad landelijk van 77 procent (2017) naar 79 procent volgens de hoteliers. In Amsterdam en Schiphol gaat het gemiddeld van 85 procent naar 86 procent. De kamerprijzen laten zich niet onbetuigd en gaan landelijk van 112 naar 119 euro en in Amsterdam en Schiphol zelfs van 139 naar 144 euro. Daarmee worden de cijfers uit 2000 en 2007 ruim overtroffen.
En dat ondanks de toch stevige kameraantallen die in de pijplijn zitten. Amsterdam met circa 8000 kamers, Den Haag met ongeveer 1300, Utrecht telt er ook circa 1300, Rotterdam om en nabij de 1100. Eindhoven blijft achter met een pijplijn van zo’n 300 kamers en Maastricht heeft al jaren de deur dicht gedaan en heeft al lange tijd dezelfde pijplijn van 86 kamers. Eindhoven heeft het grootste economische groeicijfer, maar blijft ook met een Revpar van 66 euro onderste van de zes grote steden. De vier erboven bewegen tussen 72 en 76 euro, terwijl Amsterdam een Revpar realiseert van 131 euro. Utrecht heeft procentueel het grootste groeipercentage, maar daar heeft de uitbreiding lange tijd stilgestaan. De vraag is daarentegen fors gestegen. Uitbreiding gaat schoksgewijs, dus op heel korte termijn zal er druk op die markt zijn. Daarna komen ook daar weer jubeljaren!
HM302018