'Een plek waar ik mijn creativiteit kwijt kan; waar ik de ruimte krijg om mijzelf te ontwikkelen en waar ik het gevoel heb zinnig bezig te zijn.' Dit zijn de belangrijkste wensen van hoger opgeleide Nederlandse jongeren bij hun zoektocht naar een baan. (Onderzoek Careerwise.nl)
Hoewel de hotellerie maar beperkt behoefte heeft aan hoog opgeleide jongeren, is het toch handig om te weten wat de huidige generatie arbeidsmarkttoetreders belangrijk vindt. En dat is best zorgelijk, want in de meeste hotels is de ruimte voor creativiteit beperkt tot het oplossen van schier eindeloze operationele uitdagingen, en is de ontwikkelingsruimte in de praktijk aardig beperkt. Ook is de zingeving waar de moderne jongere naar op zoek is, niet altijd gedefinieerd.
In een maatschappij waarin het aantal jongeren afneemt en waar jongeren met een dienstverlenende houding en opleiding zeer gewild en schaars zijn, wordt het voor hotels steeds ingewikkelder op de arbeidsmarkt. Verwacht mag worden dat met name de ketenbedrijven het moeilijk zullen krijgen. Bij de meeste van hen is de door de jongere zo gezochte vrijheid de laatste jaren sterk geminimaliseerd en wordt het denkwerk voorbehouden aan de hoofdkantoor executives die de rails uitleggen waarover de medewerkers hun carrière mogen uitrollen.
Als gevolg van deze ver doorgevoerde centralisatie is het carrièreperspectief steeds beperkter geworden en is echte groei binnen het bedrijf eigenlijk alleen weggelegd voor de echte volhouders. En daar schuilt nu juist een probleem: de jongere van nu denkt helemaal niet in termen van jarenlange carrières bij één bedrijf. (Niet eens binnen één sector.) Drie of vier jaar is lang genoeg in hun visie. Daarna trekken ze vrolijk verder.
Het lijkt alsof deze ontwikkeling de kleinere, zelfstandige bedrijven in de kaart speelt. Het MKB is bij uitstek geschikt om de gezochte ruimte voor creativiteit en vrijheid te bieden en profileert zich met haar grote aandacht voor maatschappelijk verantwoord ondernemen ook steeds meer als bedrijf waar de jongere de gezochte zingeving vindt. Ketenbedrijven doen er dan ook verstandig aan om de brede centralisatie te heroverwegen en te beperken tot die gedeelten waar écht schaalvoordeel behaald kan worden. Zowel de gast als de werknemer vragen om veel meer ruimte, vrijheid en maatwerk, en dat vraagt om meer vrijheid op vestigingniveau. Hoewel de aandeelhouders er niet gelukkig mee zullen zijn, lijkt het adagium voor de toekomst: small is beautiful!
HM302010