De strikte scheiding tussen badderen en slapen wordt losgelaten, er wordt voor ‘eerlijke’ materialen gekozen en de douche wint terrein. De hotelbadkamer is in beweging, kortom. Hoteliers vinden weer ruimte in hun budget, fabrikanten komen met nieuwe luxe snufjes en ontwerpers leven zich uit op verfrissende concepten. Hoogste tijd voor een sanitaire revolutie!
Aan het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw gebruikte vrijwel niemand een douche. Omdat de badkamermuren toen nog niet betegeld waren, en dus slecht bestand tegen vocht, maar ook vanwege het beeld dat men had van douchen: het werd beschouwd als iets therapeutisch, dat je in kuuroorden deed op advies van de dokter.
Die heilzame werking is tegenwoordig juist een pre; in hotelbadkamers boet het bad in aan populariteit, en is de ‘verwendouche’ gewild. Met een douche boven de badkuip kun je eigenlijk niet meer aankomen. En komt er een nieuw bad? Dan één met ‘bubbels’ graag.
Onorthodoxe keuzes
Het hangt uiteraard van het type gast af, hoe het ‘baddergedrag‘ eruit ziet. De zakelijke reiziger stelt andere eisen dan het jonge stel dat een lang weekend boekt. De ene gast wil in drie minuten gedoucht, gepoetst en geschoren zijn, de ander trekt zich graag een half uur terug voor een uitgebreid verwenritueel. Eén ding hebben de gasten gemeen: ze willen graag meer luxe dan ze thuis gewend zijn. Om dat als hotelier waar te (blijven) maken is het zaak aan te haken bij de ontwikkelingen op sanitairgebied, volgens Loek van Emmerik van Interior Consult. ‘De laatste jaren was er natuurlijk weinig investeringsruimte, dus er moesten prioriteiten worden gesteld. In eerste instantie werd er gekozen voor het renoveren van de kamers, nu komen de badkamers aan de beurt. Daar gaat toch relatief meer geld in zitten. Maar met die investering is ook veel te winnen.’
En àls de badkamer onder handen wordt genomen, dan gebeurt het ook goed, merkt hij bij zijn klanten. ‘Hoteliers willen steeds meer en durven steeds meer. Ze schrikken niet terug voor onorthodoxe keuzes. De badkamer mag letterlijk weer gezien worden, bijvoorbeeld. In plaats van de ruimte af te sluiten van het slaapgedeelte, wordt meer en meer gekozen voor transparantie, waardoor een veel ruimtelijker effect ontstaat. Er worden glazen wanden gebruikt, de badkamer wordt deels open gelaten of staat zelfs – maar dat is een uitzondering – helemaal los in de kamer.’
Als voorbeeld haalt Van Emmerik het ontwerp van een badkamer voor de Bilderberg Hotels aan. De badkamer moest voldoen aan algemene kwaliteitsstandaarden, maar tegelijkertijd passen bij de uitstraling en locatie van een afzonderlijk hotel binnen de groep. De klassieke uitstraling moest in stand worden gehouden, maar op een hedendaagse manier ingevuld. Het resulteerde in een badkamer die zoveel mogelijk één geheel vormt met de entree en het slaapgedeelte, en waarin is gekozen voor unikleuren en houten details. Een badkamer moet vooral rust uitstralen, vindt Van Emmerik. ‘Dat bereik je door een efficiënte indeling, maar ook door unikleuren te gebruiken – de losse accessoires komen dan goed tot hun recht. Bovendien ontstaat zo een tijdloos ontwerp – een badkamer moet toch minimaal vijftien jaar meegaan. Verder is verlichting heel belangrijk. Met licht kun je ook speelse accenten aanbrengen. Neem LED-verlichting, die is prima geschikt om met uitgesproken kleuren te werken en zo een bijzondere sfeer te creëren. Het is nog wat duur in de aanschaf, maar zuinig in gebruik en duurzaam.’
Warm, comfortabel en schoon
Naast een voorkeur voor open en ruimtelijk signaleert Van Emmerik nog een paar trends. ‘Er wordt steeds vaker hout toegepast, bijvoorbeeld, om een “warmer” effect te creëren. Of keramische tegels met de uitstraling van natuursteen. En ook de invulling van het begrip luxe is veranderd. Vroeger was een bad het toppunt van verwennerij, nu zie je dat veel gasten – vooral de zakelijke reizigers – liever een douche nemen. Die moet dan wel groot zijn, en extra’s hebben als massagestralen. Iets nieuws is de regendouche, die het effect van een zacht regenbuitje geeft.'
De invloed van wellness op badkamers is duidelijk merkbaar, volgens Van Emmerik, hoewel hij het begrip meteen relativeert. ‘Wellness is in wezen niets anders dan dat de gast zich prettig voelt. Die wil na lekker geslapen te hebben ook lekker kunnen badderen. En wat is er fijner dan wakker te worden met een lekkere rugmassage onder de douche, of het douchen te combineren met een stoombad? Of, het nieuwste van het nieuwste: niet alleen schoon maar ook bijgebruind uit de badkamer te stappen? Het hoeft natuurlijk niet zo drastisch te zijn. Luxe zit hem ook in de details. Die scheerspiegel en een goede verlichting moeten gewoon standaard zijn, net als royale afzetruimte niet mag ontbreken. En minstens zo belangrijk als comfort is het schoonmaakgemak. Bij Interior Consult werken we met Ceramic Plus-tegels, die een water- en kalkafstotend laagje hebben. In glas heb je een vergelijkbaar iets. En doordat we vaak grotere maten tegels gebruiken, blijft het aantal voegen beperkt.’
Alles in één
Als het aan ontwerper Gilian Schrofer ligt, verdwijnen kit, voegen en alle andere sporen van montage binnenkort volledig uit het zicht in de badkamer. De ontwerper, tot vorig jaar verbonden aan het bedrijf Concrete en destijds medeverantwoordelijk voor onder andere het interieurconcept van de Supperclub, ontwierp een minimalistische alles-in-één-badkamer die vrijwel overal moeiteloos is neer te zetten. Nog niet in productie, maar daar wordt hard aan gewerkt, en absoluut een vernieuwende benadering van het begrip badkamer.
Ondanks de prille status van het concept wil hij er wel iets over kwijt, zij het dat hij niet alle details wil prijsgeven. ‘In hotelbadkamers erger ik me vaak dood,' zegt Schrofer. ‘Ik kom veel te veel schimmel, vieze voegen en andere slijtagesporen tegen. Dat wil je niet in een hotel; je hotelkamer is geen verplichte slaapplek omdat je toevallig in een andere stad bent, maar een plek waar je op een andere manier wilt wakker worden en leven. Het moet er mooier en prettiger zijn dan thuis. Ik was ervan overtuigd dat ik iets kon ontwerpen dat duurzamer, efficiënter, mooier en goedkoper was.’
Geïntegreerd
Op het gebied van badkamers wordt er veel gekopieerd, maar weinig geïnnoveerd, vindt de ontwerper. ‘De standaardkamers in sommige ketenhotels hebben tot een soort vervlakking geleid. Er wordt op veilig gespeeld, terwijl een badkamer juist een Unique Selling Point kan zijn.’
Samen met een hotelier waarvoor hij al eerder ontwerpen maakte, besloot Schrofer een volledig ander badconcept te ontwikkelen. Laat maar zien wat mogelijk is, was de insteek. Schrofer: ‘Dan begin je uiteraard met jezelf vragen stellen. Waarom alles in een badkamer per se aan een muur moet hangen, bijvoorbeeld. Is het niet veel leuker om er omheen te kunnen lopen? En alle techniek die in een badkamer vereist is, hoe kun je die verwerken zonder dat het de esthetiek van het ontwerp aantast? Je zoekt, probeert uit en past aan.’
Uiteindelijk leidde het creatieve proces tot één roestvrijstalen element dat alle badkamerfuncties combineert in een op een plaszuil geïnspireerd geheel. Basic en efficiënt, en maar twee vierkante meter in beslag nemend. In vier aan elkaar grenzende, open compartimenten (van bovenaf gezien vormen ze een kruis) zijn respectievelijk een toilet, een wastafel met spiegel, een urinoir en een douche ondergebracht. Alle techniek is in het ontwerp geïntegreerd, zelfs de mengkranen en (indirecte) verlichting. De vloer is gemaakt van kunststof, dat op zo’n manier is vervaardigd dat uitglijden onmogelijk is.
Vanwege de duurzaamheid koos Schrofer voor het gebruik van duurzaam porselein, een sanitairplint voorkomt lekkage. Een verrassende toevoeging in het ontwerp is de handdouche in het toiletgedeelte, waaruit desgewenst ook warm water komt. En, ook niet onbelangrijk: het geheel is heel eenvoudig te installeren en makkelijke schoon te houden. ‘Normaal is een loodgieter een paar dagen bezig met de installatie van een badkamer,’ aldus Schrofer, ‘Bij dit ontwerp wordt dat teruggebracht tot een half uur. Schoonmaken is ook zo gebeurd - het ontwerp moet ook vooral niet gecombineerd worden met tegels, als het aan mij ligt. Vinylbehang of stuc lijkt me een betere keuze.’
Het ontwerp is nog in een prille fase, Schrofer is net terug van een reis naar China waar hij samen met zijn opdrachtgever een producent zocht – en vond. Binnenkort gaat de bouw van het eerste werkende prototype van start.
Niet alleen in badkamers wordt in toenemende mate geïnvesteerd, ook de ‘Spa-gedachte’ wint aan populariteit. Dompel- en stoombaden, bubbelbaden, zwembaden… Uit de meest recente uitgave van onze nieuwsbrief Hotelbouwplannen blijken ze in steeds meer (ver)bouwplannen een plek te veroveren. Het Best Western Langewold hotel grijpt een grootscheepse verbouwing aan om in twee royale suites een bubbelbad te plaatsen, in Westergeest zijn er plannen om een hotel-restaurant annex sauna- en beautycentrum te bouwen, in Den Helder en Heerhugowaard werd in de bouwplannen plek ingeruimd voor saunafaciliteiten. Vooral de bouwplannen in Vught vallen in dit kader op: in een nieuw ‘Grand- en Suitehotel’, bestaande uit twee gebouwen, krijgen beauty en wellness alle ruimte. In het ene gebouw – het suitehotel – staan naast zeven kamers een zwembad, sauna, dompelbad en stoombad gepland. In het Grandhotel – het grootste gebouw – worden 63 kamers aangevuld met een zwembad, sauna, whirlpool en stoombad, én een fitness- en beautyruimte.
HM302005
