De strijd rond een illegale hotelkamer

Auteur: Redactie
Wet- en regelgeving 22 juni 2000
De strijd rond een illegale hotelkamer

Wijnhold Bos gaat verder dan de bouwvergunning hem toestaat. Het verzoek van de gemeente Den Helder om het illegale bouwsel (een hotelkamer) te slopen, legt hij naast zich neer. Ook de dwangsom (fl 75.000,-) en de dreiging van inbeslagname op goederen van zijn hotel-restaurant maken geen indruk op hem. De Raad van State moet uitsluitsel bieden. Gaat het hier wel om één hotelkamer? Of is er meer aan de hand?

Een weidse einder, zon, duinen en strand. Den Helder is voor hoteleigenaar Wijnhold Bos een schitterende gemeente. Negentien van zijn in totaal 31 horecabedrijven zagen in deze marinestad het daglicht. Vijf jaar geleden nam hij hotel Wienerhof over, een familiehotel met 30 kamers dat - gelegen naast het station - een en al bedrijvigheid kent. Twaalf enthousiaste werknemers ontvangen hier mensen uit de ‘off shore’, zakenlieden en vakantiegangers. Het gaat Bos in alle opzichten voor de wind. De zaken gaan zelfs zo goed dat hij moet uitbreiden. Voor zijn plannen kreeg hij een bouwvergunning. Als Bos tijdens de bouw het dak opklimt en het totaal overziet, is hij echter over het resultaat niet helemaal tevreden. ‘Fraai is anders,’ luidt zijn oordeel. ‘Om een mooi geheel met de wintertuin te krijgen, moet er zowel links als rechts worden bijgebouwd. Ik heb daarom mijn architect gevraagd de tekeningen aan te passen. Wellicht iets te enthousiast ben ik alvast met de bouw begonnen.’

Escalatie

De eerste donkere wolken pakken zich samen als Bos begin 1999 van de gemeente een schrijven ontvangt met de mededeling dat hij illegaal bouwt en de illegale bouwsels moet verwijderen op straffe van fl 1000,- per dag met een maximum van fl 75.000,-. In augustus van dat jaar dient een ontstemde Bos een bezwaarschrift in en vraagt om opschorting. De commissie voor bezwaarschriften stelt het college in het gelijk. Bos gaat vervolgens in beroep bij de rechtbank in Alkmaar. Zowel het beroep als de voorlopige voorziening worden door de rechter ongegrond verklaard. Deze oordeelt dat Bos de illegale opbouw uiterlijk 15 januari van dit jaar moet hebben gesloopt. Bos geeft hieraan geen gehoor.

Het college besluit daarop de dwangsom die hem vorig jaar in het vooruitzicht was gesteld, te innen. Herhaalde aanmaningen van de deurwaarder legt Bos naast zich neer. Omdat hij in gebreke is gebleven, besluit de gemeente beslag te leggen op roerende en onroerende zaken van het hotel-restaurant.

Bos schakelt de Raad van State in. Op het hoogste niveau moet nu beslist worden of de gemeente terecht heeft besloten tot sloop van de illegaal verbouwde hotelkamer. Bij de rechtbank te Alkmaar tekent Bos bezwaar aan tegen de hoogte van de hem opgelegde dwangsom.

Rust

In afwachting van de uitspraak van beide instanties heerst er even betrekkelijke rust. Het stalen staketsel van het verder gesloopte ‘illegale bouwsel’ staat nog overeind; juristen van beide kanten buigen zich over de ontstane problematiek. De gewraakte illegale uitbreiding (de hotelkamer) bevindt zich boven de garage van het pand Wienerhof op grond die ‘wegen’ als bestemming heeft. Vijftien jaar geleden heeft de gemeente dit stukje grond verkocht aan de toenmalige eigenaar van Wienerhof. De gemeente verleende daarbij ook vrijstelling van de bestemming. De gemeente stelt nu dat er gebouwd is in strijd met het bestemmingsplan waarin nog steeds ‘wegen’ staat.

Heeft Bos, door te bouwen nog voordat hij een vergunning had, niet ondoordacht een te groot risico genomen? En moet hij daarvoor nu boeten? Bos: ‘Ja, ik erken dat ik daarin fout zat; dat geef ik grif toe. Maar dat wil nog niet zeggen dat wat er gebouwd is niet deugt.’

Hiervoor boeten in de vorm van een dwangsom van fl 75.000,-, is in zijn ogen dan ook buitengewoon onredelijk. ‘Ik betaal geen cent,’ zegt hij resoluut.

Legalisering

Had Bos van de gemeente Den Helder een wat meer coulante houding mogen verwachten? Had de gemeente - zoals vaker gebeurt in dergelijke gevallen - het bouwwerk achteraf niet kunnen legaliseren? De gemeente zegt de zuidkant wèl te hebben gelegaliseerd, maar dat voor het illegale bouwsel aan de noordkant niet te kunnen. Het besluit tot sloop wordt gemotiveerd met ‘stedebouwkundig niet verantwoord’ en ‘niet passend’. Ook zouden omwonenden bezwaar hebben.

Bos vindt deze argumentatie onzinnig. ‘We praten hier over een hotelkamer die zich op een afgelegen plaats in een nis bevindt en die niemand tot last is. Ik heb vernomen dat één persoon hiertegen bezwaar schijnt te hebben, maar dat bezwaar heeft mij mondeling noch schriftelijk bereikt.’

Eigenlijk wil de gemeente Den Helder een bestemmingsplan handhaven dat zijzelf buiten gebruik heeft gesteld. De oorspronkelijke bestemming kan niet meer worden bereikt, noch voor het gewraakte gedeelte noch voor een opbouw. Tenzij men de luchtkolom boven de garage als weg wil gebruiken. Daardoor ontstaat de indruk dat hier andere zaken spelen.

Bos: ‘Den Helder is voor ondernemers een onvriendelijke gemeente. Er worden veel plannen gelanceerd, maar die worden voor een groot deel niet uitgevoerd of getorpedeerd. Ik kan het weten, want ik heb als ondernemer veel met de gemeente te maken gehad. Ik kan met deze gemeente niet door één deur. Het onvriendelijke ondernemersklimaat is ook de reden dat het aantal bewoners in Den Helder afneemt. Wij hebben in Den Helder te maken met een onbuigzaam ambtelijk apparaat. Politici komen en gaan, maar het ambtelijk apparaat - dat zijn oorsprong vindt in de aanwezigheid van de rijkswerf en de Marine - zit muurvast. Er bestaat een ambtenarencultus waar niet alleen ik, maar ook veel andere ondernemers op stuk lopen.’

Vertrek

Bos wil, indien nodig, doorprocederen tot aan het Europese Hof. Het zal zijn laatste strijd zijn tegen de gemeente Den Helder. ‘De energie en tijd die ik als ondernemer in rechtsprocedures moet steken vind ik belachelijk. Een collega van mij verderop - met een groter hotel - is bijna uitsluitend verwikkeld in procedures met de gemeente. Hij houdt zijn rug recht, maar ik geef er de brui aan. De besprekingen over de verkoop van Wienerhof zijn al gaande, en ik ga verder in een gemeente waar ondernemers met open armen worden ontvangen. Als ondernemer wil ik iets opbouwen. Als dat dan vervolgens door een gemeente wordt afgebroken, houdt het voor mij gewoon op.’

De commotie rond de illegale hotelkamer lijkt geen gebeurtenis op zich. De ongebreidelde ondernemerslust van Bos staat immers haaks op de strikte toepassing van wetsregels door de gemeente. Burger en bestuurder bevechten elkaar hier op het scherpst van de snede. Hoewel in deze strijd formeel een winnaar zal worden aangewezen, zullen er alleen maar verliezers zijn.

Reactie gemeente Den Helder:

‘De gemeente betreurt het dat de communicatie over de illegale aanbouw van hotel Wienerhof in Den Helder via een artikel in Hospitality Management moet lopen. We spreken liever rechtstreeks met ondernemers die een klacht hebben of die in een procedure met de gemeente verwikkeld zijn. Toch zien wij ons genoodzaakt te reageren.

Allereerst vinden wij het jammer dat voor het artikel maar één ondernemer is geïnterviewd. Wij zijn het niet eens met de uitspraak van de heer Bos dat de gemeente Den Helder ondernemers niet welgezind zou zijn. We staan juist open voor initiatieven van ondernemers. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat in Den Helder in de afgelopen acht jaar bijna duizend nieuwe recreatiewoningen zijn gebouwd.

De heer Bos zegt in het artikel dat het beleid van de gemeente de oorzaak is van het dalend aantal inwoners. Het aantal arbeidsplaatsen bij de Koninklijke Marine is in de afgelopen jaar echter met 5000 plaatsen afgenomen; dat is ongeveer twintig procent van het totaal aantal arbeidsplaatsen in Den Helder. Deze ontwikkeling heeft uiteraard gevolgen gehad voor het aantal inwoners van Den Helder.

De heer Bos heeft het verder over een ondernemer die in een soortgelijke procedure verwikkeld zou zijn met de gemeente. Dat klopt niet: de gemeente werkt in deze zaak wel degelijk mee. Bovendien zijn er procedure-afspraken gemaakt met deze ondernemer.

Met betrekking tot de zaak Wienerhof: de gemeente Den Helder heeft de juiste procedures gevolgd. De rechter heeft ons in deze kwestie meerdere malen in het gelijk gesteld. Er is illegaal gebouwd; dat is in strijd met de regelgeving.’

Noot van de redactie:

Het verhaal van de heer Bos is het verhaal van een hôtelier die zich in de uitoefening van zijn beroep gehinderd voelt door het gemeentelijk ondernemersbeleid. Het artikel behelst niet meer dan de zienswijze van één hôtelier. In het artikel staat niet het gemeentelijk ondernemersbeleid als zodanig centraal. In dat geval zou een interview met meer dan één ondernemer niet alleen zinnig, maar zelfs noodzakelijk zijn geweest. Wellicht heeft de heer Bos zijn standpunt enigszins ‘kort door de bocht’ geformuleerd, maar het blijft een feit dat hij en de gemeentebestuurders niet samen door één deur kunnen, en dat is jammer.

De curieuze wijze waarop burgers en bestuurders soms met elkaar omspringen, rechtvaardigt media-aandacht, eenzijdig of niet. Of het gekrakeel van partijen over één hotelkamer een curieuze aangelegenheid is, laten wij graag aan het oordeel van onze lezers over.

HM302000

Overig nieuws