Tussen de ontzagwekkende industriegebieden Botlek en Maasvlakte ligt de Europoort. Dit eind jaren vijftig aangelegde gebied op het eiland Voorne-Putten-Rozenburg is het decor van de petrochemische industrie. Het leeuwendeel van de 3600 hectare wordt gebruikt voor de overslag, opslag en verwerking van olie. Een speciaal havenbewegwijzeringsysteem zorgt ervoor dat het relatief eenvoudig is om in dit immense gebied de weg te vinden. Bijzonder is de locatie met het havennummer 6050. Hier is het viersterrenhotel De Beer Europoort te vinden, de enige niet-industriële bestemming met een havennummer.
Het hotel-restaurant dankt zijn naam aan het vroegere natuurreservaat De Beer. Hier lag het bij natuurliefhebbers befaamde Groene Strand, dé plek in Nederland waar vogelliefhebbers in de zomer naartoe trokken om de Morinelplevieren te bekijken. Deze zeldzame broedvogel verdween samen met het natuurgebied als gevolg van de Rotterdamse havenuitbreidingen. Een deel van het aan de Brielse Maas gelegen gebied kreeg desondanks een niet-industriële bestemming. Onder de rook van de industrie moest plaats zijn voor ontspanning en recreatie. En dus kon toenmalig burgemeester van Rotterdam Bram Peper in 1989 de officiële opening verrichten van hotel-restaurant De Beer Europoort.
Promotiecampagne
‘In het verleden heeft hier een zeemanshuis gestaan waar het personeel van tankers werd opgevangen. Dat achtervolgt het hotel tot vandaag de dag,’ begint directeur Antoine van Esch zijn verhaal. ‘Nog steeds vinden veel zeemannen hier onderdak. Alleen wel op commerciële basis. Maar we richten ons vooral op de industrie in de regio. Als vergaderlocatie voorzien we echt in een behoefte. Vandaar dat we bezig zijn met het upgraden van de zalen, zodat videoconferencing mogelijk wordt. Veel bedrijven hebben zelf wel een vergaderruimte en een kantine waar ze een broodje kunnen eten, maar videoconferencing is vaak te kostbaar.’
Eén van de pijlers van het tachtig kamers tellende hotel is het à la carte restaurant, voorzien van een bar en een groot aan het water gelegen terras. Volgens Van Esch is het hotel druk doende het restaurant in de markt te positioneren. ‘Als het economisch wat minder gaat, merkt een restaurant het vaak eerder dan een hotel. Nu neemt het hotel zeventig procent van de omzet voor zijn rekening en het restaurant dertig. Het is de bedoeling dat het restaurant in de nabije toekomst goed is voor veertig procent.’
Om dat te bewerkstelligen wil het hotel een meer divers publiek trekken. Naast de zakelijke markt moeten ook de recreanten de weg naar De Beer weten te vinden. Om het Zuid-Hollandse eiland Voorne-Putten een toeristische impuls te geven, hebben vijf hotels in het gebied de handen ineen geslagen. Door gezamenlijke promotie kunnen toeristen profiteren van een interessant prijspeil, stellen de aangesloten hotels.
Naast De Beer maken Badhotel Rockanje, Resort Citta Romana Hellevoetsluis, Hotel Olaertsduyn Rockanje en Hotel ’t Wapen van Marion in Oostvoorne deel uit van het initiatief. ‘Tweeverdieners kiezen steeds vaker voor vakanties van een paar dagen,’ meent Van Esch. ‘Bovendien blijven veel mensen door de economische teruggang in Nederland. Hier is een prachtig recreatiegebied, maar het is eigenlijk nog nauwelijks ontdekt. Daar willen we met deze promotiecampagne verandering in brengen.’
Kwaliteit
Het restaurant kenmerkt zich onder meer door een uitgebreide lunchkaart. Inspelend op de vele internationale gasten die het hotel aandoen, serveert De Beer broodjes en sandwiches uit verschillende steden. Zo levert Amsterdam brood met de befaamde kroketten van Van Dobben, dragen de Engelse sandwiches (met gerookte kalkoen, waterkers, chutney en frietjes) het stempel van Londen en staat Rome model voor een knapperig getoast broodje met Spinata Romano en mozzarella.
De à la carte kaart biedt een royale keuze uit voor-, hoofd- en nagerechten. Vis vormt een belangrijk onderdeel. De gasten hebben onder meer de keuze uit een maïspannenkoekje, gevuld met Hollandse garnalen; een loempia van groenten en zeevruchten, met een romige kreeftensaus; geroosterde zalmfilet met boter van ansjovis en dragon; en gestoofde kabeljauw, geserveerd op krokant gebakken zeekraal met rode wijnsaus. Ook vleesliefhebbers komen ruimschoots aan hun trekken. Eén van de specialiteiten van het restaurant is een drieluik van Chileens lamsvlees met een honing-thijmsaus. Kwaliteit staat hoog in het vaandel, beweert Van Esch. ‘Zowel smaaktechnisch als presentatietechnisch moet het kloppen. Dat betekent dat er een duidelijk verschil moet zijn tussen een tournedos en lamsvlees. Niet alleen qua smaak, maar bijvoorbeeld ook in de groentegarnituur bij het gerecht. Saladeproducten worden nog met de hand gesneden. Toen ik hier binnenkwam vroeg ik me af of dat prijstechnisch gezien niet jammer is. Maar als je het proeft, besef je dat kwaliteit een groot goed is.’
Wanneer het woord kwaliteit valt, is het woord vers nooit ver weg. De Beer maakt zo min mogelijk gebruik van diepvriesproducten en halffabrikaten. ‘Alles komt hier vers binnen. Het is wel zo dat een aantal gerechten geproportioneerd wordt afgeleverd. Een slager is over het algemeen beter in staat een tournedos te snijden dan een kok. En een gerecht als tong wordt wel bevroren als het moet.’
De Beer richt zich in principe op twee doelgroepen. Door de week zijn dat vooral de lunchende zakenmensen, in het weekend de particuliere dinergasten. Van Esch: ‘Het zijn twee doelgroepen die heel goed naast elkaar kunnen bestaan. Maar ze moeten wel enigszins gescheiden blijven. De zakenman wil rustig kunnen lunchen en het een en ander kunnen bespreken. Aan de andere kant stoort de particuliere gast zich aan mensen met een laptop of mobiele telefoon.'
HM302004