Van Â28 in Het Bildt tot Â2.418 in Zaanstad. Koninklijke Horeca Nederland (KHN) heeft onderzoek laten doen naar de gemeentelijke leges voor de horecagerelateerde vergunningen. Ook
dit jaar toont het onderzoek aan dat de verschillen tussen gemeenten bijzonder groot zijn.
*Wildgroei*
Het onderzoek brengt de kosten in kaart van de gemeentelijke leges voor een vestiging van een cafébedrijf met een bruikbaar vloeroppervlakte van 150m² op de beste locatie van de gemeente, met daarbij een terras van 50m² op gemeentegrond. De overheid lijkt niet te willen ingrijpen in de wildgroei van leges die de horeca moet betalen. De verschillen zijn onaanvaardbaar groot.
*Aandacht*
KHN wil minder vergunningen en lagere kosten die wél realistisch en uitlegbaar zijn. Tijdens het politieke horecadebat met Kamerleden van alle verschillende partijen op woensdagmiddag 12 maart vraagt KHN aandacht voor dit probleem.
*Normtarief*
"De overheid wil de lastendruk voor ondernemers verlagen en toch blijkt het mogelijk dat de kosten weer meer stijgen dan de inflatie: dat is onaanvaardbaar en daarom is het tijd dat de landelijke en lokale politici werken aan een normtarief voor de leges en de overbodige vergunningen schrappen", aldus Lodewijk van der Grinten, algemeen directeur van KHN.
*Grote verschillen*
De meeste gemeenten voeren jaarlijks een tariefverhoging door voor hun vergunningen en belastingen. De cijfers laten zien dat de verschillen onaanvaardbaar groot zijn.
*Uiteenlopende tarieven*
Evenals in vorige jaren passen gemeenten zeer uiteenlopende tarieven toe voor de vergunningen. Zo kost het totale vergunningenpakket (Drank- en Horecawetvergunning, exploitatievergunning en terrasvergunning) in de duurste gemeente  2.481 en in de goedkoopste  28. Hoewel deze verschillen voor een deel voortkomen uit een verschil in het aantal vereiste vergunningen, zijn de tariefsverschillen tussen de gemeenten aanzienlijk. Ook per vergunning komen dit soort uitersten voor: een Drank- en Horecawetvergunning kost tussen  28 en  1.763, een exploitatievergunning tussen  13 en  1.567 en een terrasvergunning varieert in tarief van  8 tot  1.982.
*Grotere gemeente, hogere leges*
De tarieven liggen in grote gemeenten (meer dan 75.000 inwoners) meestal hoger dan in middelgrote en kleine gemeenten. Grote gemeenten rekenen voor een Drank- en Horecawetvergunning bijna  200 meer dan het gemiddelde en voor een exploitatievergunning ruim twee keer zo veel als gemiddeld. Verder blijkt dat grote gemeenten vaker dan kleinere gemeenten een exploitatievergunning en een terrasvergunning voorschrijven. Precariobelasting komt in 86 procent van de grote gemeenten voor, terwijl dit in middelgrote en kleine gemeenten 47 procent respectievelijk 29 procent is. Kortom, zowel het aantal vergunningen als de kosten hiervoor zijn het hoogst in de grote gemeenten.
*Regionale verschillen*
De plaats waar een horecabedrijf is gevestigd kan van invloed zijn op de kosten voor een vergunning. Over het algemeen zijn de kosten in het oosten en het westen van het land het hoogst. Het noorden kent relatief lage tarieven. In deze regio krijgt een ondernemer daarnaast het minst vaak te maken met een exploitatievergunning, terrasvergunning of precariobelasting.
*Verschillen bouwvergunning groot*
De kosten voor een bouwvergunning kunnen oplopen. Gemeenten gebruiken de bouwsom (aanneemsom) als uitgangspunt. Ook hier geldt dat de tarieven uiteenlopen: bij een bouwsom van  100.000 kost de vergunning tussen Â1.265 en Â7.366 en bij een bouwsom van  500.000 varieert het tarief tussen  4.985 en  28.222. Gemiddeld betaalt de aanvrager van een bouwvergunning 2,6 procent van de bouwsom indien deze  100.000 bedraagt en 2,4 procent bij een bouwsom van  500.000.
*De drie duurste gemeenten in 2013*
1. Zaanstad  2.481
2. Rijnwoude  2.405
3. Waterland  1.833
*De drie goedkoopste gemeenten in 2013*
1. Het Bildt  28
2. Halderberge  40
3. Noord-Beveland  65
Grote verschillen leges voor horeca
12 maart 2014