Als de herfstwind guur om het huis blaast en de straten gegeseld worden door winterse buien, lijkt een hotel met de naam Zonheuvel een aantrekkelijke bestemming. Wanneer daar, op het historische landgoed Zonheuvel (Doorn), gepraat wordt over wild, kijkt men niet verlekkerd naar de menukaart of een reeds opgediend stuk hert, maar naar de tuinen waar damherten, edelherten of everzwijnen zomaar hun opwachting kunnen maken. Anderzijds … Hebben de gasten er wel oog voor? De meesten zijn met hun aandacht - mogen we hopen - bij de docent, cursusleider of voorzitter, want Zonheuvel is een hotel & conferentiecentrum van de SBI Groep (training & advies), hoewel we dat zo eigenlijk niet mogen zeggen. Het hotel & conferentiecentrum Boschoord in Oisterwijk hoort er ook bij, evenals De Woodbrookers in Beetsterzwaag. We kunnen dus praten over een groep(je).
Dat velen nooit van de groep hebben gehoord, begrijpt Hans Goudriaan best. Op zijn kaartje staat weliswaar directeur HCC-hotelgroep, maar het adres is dat van Zonheuvel. Op één cijfer na heeft Ralph Klaare, Zonheuvels general manager, hetzelfde telefoonnummer. De twee mannen staan haast symbolisch - de symboliek wordt nog helder - naast elkaar op de foto, schouder aan schouder. (Klaare is iets slanker.)
Hoe zit het nu met die SBI-Groep? SBI staat voor Slotemaker de Bruïne Instituut. Hij was hoogleraar in de godgeleerdheid te Utrecht, deze Slotemaker de Bruïne; vervolgens minister van Arbeid, minister van Sociale Zaken en minister van Onderwijs. Allemaal vóór de oorlog.
‘In principe is SBI een trainings en adviesorganisatie,’ begint Goudriaan. ‘Rond 1975 is een aanvang gemaakt met de bouw van dit hotel en conferentiecentrum. In de loop der jaren zijn er delen bijgebouwd. Het landgoed stamt uit ongeveer 1900. De bemiddelde schrijver Maarten Maartens, pseudoniem van J. M. W. van der Poorten Schwartz, heeft hier het huis De Zonheuvel neergezet. Hij liet zich daarbij inspireren door het voormalig kasteel Zuylestein bij Leersum.’
Voor de goede orde, het is nog steeds een indrukwekkend huis, met een poortgebouw, een Franse tuin in de Versailles-stijl van Le Nôtre, en een bibliotheek die tot op de dag van vandaag waardevolle boeken bevat, zoals de eerste occidentale vertaling (uit 1860) van Athenaeus’ Banket der sophisten. Kortom, een waarachtig passende ambiance voor opleidingen.
Maatschappelijk verantwoord
O.R.; medezeggenschapsvraagstukken … Daarin is SBI marktleider. Met dat in het achterhoofd, is het aardig om te weten dat in ons land een stichting bestaat voor ‘O.R-bevorderingen’ waaraan elke ondernemer die een ondernemingsraad heeft, financieel moet bijdragen. Ondernemingsraden die op training gaan, krijgen van die stichting subsidie. Op een gegeven moment werd het besluit genomen dat er voor cursisten overnachtingsmogelijkheden geschapen moesten worden, vanwege de belangrijke derde dagdelen (de borrel aan de bar). Ziedaar de geboorte van Zonheuvel.
In 1998 besloot SBI om ‘horecatechnisch’ buiten de poort te gaan kijken. Zonheuvel verwelkomde voortaan ook niet-SBI-cursisten en gewone hotelgasten. General manager Ralph Klaare trad aan. ‘SBI is momenteel goed voor dertig procent van de exploitatie,’ zegt hij. ‘De rest komt voornamelijk van ministeries en grote ondernemingen. Dat maakt het tot een leuke tak van sport.’ - Aangezien in de twee andere centra (Boschoord en De Woodbrookers) SBI kantoorruimte heeft en dus intern is, is het exploitatieaandeel van SBI daar wat groter.
Toen in 1998 de drie accommodaties de markt op gingen, gebeurde dat onder de naam SBI Conferentiecentrum. Goudriaan: ‘Gaandeweg merkten we dat die naam een hindernis vormde voor andere opleidingsbedrijven. Zij brachten hun cursisten liever niet al te duidelijk onder bij de concurrent. Daarom werd in 2001 de nieuwe merknaam HCC in het leven geroepen. Eigenlijk moeten de drie hotels onder hun eigen vlag varen, maar er is een overkoepelend orgaan: HCC-hotelgroep.’
Dat die groep niet veel naamsbekendheid geniet, is deels het gevolg van een doordachte strategie, aldus Goudriaan. ‘De namen Zonheuvel en Boschoord stralen meer warmte uit. Dus alleen wanneer er voor alledrie de centra iets geregeld moet worden, doen we dat onder de naam HCC.’ (Hotel en Conferentie Centra) Momenteel treedt HCC wel als groep naar buiten, namelijk in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen. Van elke boeking in Zonheuvel en Boschoord profiteert ook de Nationale Vereniging De Zonnebloem. Een percentage van de verdiensten zal aan het einde van het jaar uitgekeerd worden aan De Zonnebloem, als geldbedrag, of in de vorm van vrijwilligerstrainingen of overnachtingen voor zieken. Goudriaan: ‘Wij zochten een maatschappelijk doel dat aansluit bij onze beginselen, namelijk respect, participatie en verantwoordelijkheid. De vrijwilligers van De Zonnebloem zorgen er voor dat mensen kunnen rekenen op warmte, menselijkheid, gastvrijheid en een vriendelijk gebaar. Dat zijn waarden die onze ondersteuning meer dan waard zijn.’
Vage vlag
Afgezien van maatschappijgerichte initiatieven, voortvloeiend uit de sociaal-christelijke oorsprong van SBI, bewegen en profileren de drie conferentieoorden zich opmerkelijk autonoom. Zij hebben bijvoorbeeld eigen boekingskanalen. Zulke autonomie staat volgens Goudriaan en Klaare niet op gespannen voet met de ‘groepsgedachte’. Klaare: ‘Een hotelbedrijf heeft natuurlijk een andere cultuur dan een trainingsbedrijf, maar we hebben elkaar wel nodig. En we kunnen elkaar versterken.’ Goudriaan: ‘De vlag van HCC is heel vaag. Daar treden we dus ook niet mee naar buiten. Wij vinden couleur locale heel belangrijk.’
Andere conferentieoorden kunnen aansluiting gevoeglijk vergeten. ‘Er zijn - op dit moment - geen franchisemogelijkheden,’ zegt Goudriaan. ‘We hebben vorig jaar wel nagedacht over uitbreiding. Drie jaar geleden hebben we namelijk een hotel in Zeeland verkocht (Aardenburg, vlak bij Brugge), want dat liep niet, en een hotel op die afstand besturen leverde problemen op. Het trainingsaandeel was daar ook minder dan vijftien procent. Vanwege die verkoop hebben we de voelhorens nog uit: mocht er ergens iets leuks aangekocht kunnen worden …’
Wel hetzelfde beeldmerk, een gezamenlijke website en een gemeenschappelijke ‘corporate identity’, maar voor de rest moeten de hotels het zelf doen. Klaare: ‘Toen ik hier in 1998 kwam, stond er een bordje aan de weg met “Alleen voor SBI-cursisten”. Dat ging onmiddellijk de afvalbak in. Vervolgens heb ik her en der laten weten dat wij accommodatie voor iedereen hebben. We adverteren met onze eigen marketingafdeling, maar we hebben het meeste gehad van de mond-op-mondreclame. Tot op heden hebben we een prima bezetting.’
Terwijl bedrijven in deze barre tijden bezuinigen op cursussen en opleidingen? Klaare: ‘Daar zitten twee kanten aan. Op het moment dat het economisch goed gaat, mag iedereen op trainingen, maar in mindere tijden wordt er gereorganiseerd. Daardoor komen mensen op nieuwe plekken te zitten, en die moeten ook opgeleid worden. Eigenlijk hebben we pas aan het begin van 2004 een teruggang gezien; vooral bureaus die open trainingen verzorgen, werden voorzichtig. Na de grote vakantie hebben we het echter weer ongelooflijk druk gekregen. Deze maand december wordt de drukste december ooit.’
Wanneer er echt ruimte is …
Een bedrijf als dit heeft het ook in de weekeinden druk. Stichtingen en verenigingen, vaak gesubsidieerd, willen juist op zaterdag en zondag in Zonheuvel vertoeven; net als vrijwilligersorganisaties, deelnemers aan integratieprojecten en noem maar op. Klaare: ‘We leveren immers een breed product: zaalaccommodatie, kamers, eten … Het loont werkelijk de moeite niet om energie te steken in het binnenhalen van wandelaars voor een kop koffie. We hebben ook zonder hen ruim voldoende gasten over de vloer.’
Goudriaan: ‘Voor de particuliere markt doen we wel wat, zoals fietsarrangementen en zomerarrangementen, maar het grote nadeel voor zulke gasten is de grootte van het hotel. Als je er met slechts een paar mensen bent, voel je je snel een beetje verloren. Boschoord en De Woodbrookers lenen zich beter voor die markt; dat zijn veel kleinere hotels.’ (Respectievelijk 36 en 50 kamers.)
Voor alledrie de hotels binnen dit groepje geldt: veel eenpersoonskamers, drie sterren (‘drie sterren plus’) en een vastomlijnde markt, te weten die van cursussen, trainingen en opleidingen. Alleen wanneer er echt ruimte over is, komt de toerist of zakenman in beeld. ‘Nee, het spijt ons’ zeggen tegen een groep cursisten, omdat er net een reiziger neergestreken is die een broodnodige kamer in beslag neemt … ‘Behalve SBI weten heel veel trainingsbedrijven ons te vinden,’ benadrukt Goudriaan. ‘Zij beseffen terdege dat wij vanuit veertig jaar ervaring precies dat kunnen brengen wat hun klanten voor ogen staat.’
Verantwoordelijk
De vraag rest, wat doet de directeur van HCC-hotelgroep nu eigenlijk, vermits de drie bedrijven een grote mate van zelfstandigheid bezitten? Directeur Hans Goudriaan: ‘Ik ben een tijd lang bezig geweest met het professionaliseren van de hotels. Voorheen zat men hier, vóór Ralph Klaare aantrad, gezellig te breien tot er een gast binnenkwam. Stap voor stap hebben we van dit hotel een 24-uursbedrijf gemaakt; een bedrijf dat dag en nacht, zeven dagen in de week open is. Voorheen gingen vrijdagmiddag de lichten uit en de verwarming omlaag. Het weekeinde open was geen vanzelfsprekendheid. De hotelbon was ook een onderwerp van discussie. Maar vorige week had Boschoord wel mooi 26 hotelbongasten. Dat betekende 50 procent bezetting in het weekeinde. Overigens bepaal ik in de operationele sfeer niet (!) wat er moet gebeuren. Die scheiding hebben we doelbewust aangebracht: Ralph Klaare is verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van Zonheuvel. Desalniettemin ben ik als lid van het directieteam wel eindverantwoordelijk voor wat er in onze drie hotels gebeurt.’
Hans Goudriaan
Hij is de zoon van een huisarts uit Noordwijk aan Zee. Tot verdriet van zijn vader werd hij besmet met het horecavirus door een vakantiebaantje. In Huis ter Duin is Goudriaan ‘het hele hotel door gegaan’, beginnend als piccolo in een traditioneel uniformpje. Na de middelbare school vertrok hij naar Heidelberg voor zijn hotelopleiding. Net drie maanden daar, werd hem een exotischer optie in de schoot geworpen: Heidelberg had een dependance geopend op de Canarische eilanden. ‘Daar was men bezig met een proefproject,’ vertelt Goudriaan. ‘De hotelschool functioneerde als een echt hotel; met 48 leerlingen. De ene helft kreeg ‘s ochtends les en moest ‘s middags praktijkervaring opdoen; de andere helft andersom. Dat vond ik geweldig.’
Na die opleiding: assistant chief steward in het Amsterdam Hilton en vrij gangbare vervolgfuncties in diverse hotels, totdat hij - tijdens een nachtdienst - een telex onder ogen kreeg waarin de directeur van het hotel gevraagd werd ‘of hij nog iemand had voor een pre-opening team in Soedan’. Die telex heeft Goudriaan zijn baas persoonlijk overhandigd met de vraag: ‘Is dat wat voor mij?’ Drie weken later zat hij in Khartoum.
Dat initiatief werd koersbepalend: tal van verre oorden en avontuurlijke werkplekken sieren Goudriaans c.v. Hij heeft negen jaar in Afrika gezeten. Terug in Nederland werd hij adjunct interim-directeur in Hotel Noordzee (Noordwijk). Vervolgens: Holland Casino’s (negen jaar); Van der Valk (Goudriaan: ‘Een goede leerschool.’); Accor; de Holland Amerika Lijn (‘Dat werd mij niet in dank afgenomen door mijn gezin, maar het waren prachtige cruises.’); Golden Tulip; en uiteindelijk SBI.
Zonheuvel
Zalen: 1 congreszaal (500 m2), 35 vergaderzalen, 3 stijlzalen, diverse kleine vergaderruimten
Kamers: 129
Lounge met bar
Restaurant (160 zitplaatsen)
Literair café
Koffie à la carte concept
Fitnessruimte, sauna en stoombad
48 ha bosgebied