Hoe komt Amsterdam uit de crisis? Reinier van Dantzig (D66) zoekt kwaliteitstoerist

Auteur: David Bakker
Economie 29 september 2020
Hoe komt Amsterdam uit de crisis? Reinier van Dantzig (D66) zoekt kwaliteitstoerist

Het contrast kán niet groter. Van een overvolle stad in 2019 naar een angstvallig stil Amsterdam in de zomer van 2020. Het massatoerisme verdween en de hotels in de hoofdstad blijven leeg. Terwijl het COVID-19 virus de hotellerie in zijn greep houdt, worden er plannen gesmeed om Amsterdam in balans te krijgen.

Want met bezettingsgraden tussen de twintig en dertig procent is het armoe troef bij de Amsterdamse hotellerie. Zo kan het niet langer. Hoteliers schreeuwen om toeristen. “We zullen er nu als eerste voor moeten zorgen dat Amsterdam op internationaal niveau de stad is en blijft waar zowel de zakelijke bezoeker als de toerist zich tot aangetrokken voelt.” Aan het woord is Reinier van Dantzig (foto onder), fractievoorzitter in de Amsterdamse gemeenteraad namens D66 én horecaondernemer.

Hij deelt zijn visie op het ‘probleem’ massatoerisme en de zoektocht naar ‘de kwaliteitstoerist’. “Laat ik voorop stellen dat niemand de impact die het virus met zich meebrengt had kunnen incalculeren. De gevolgen voor de stad en de arbeidsmarkt zijn intens. Het geeft ons wel de mogelijkheid om goed na te denken over hoe we het toerisme in Amsterdam willen invullen en hoe we daar invloed op kunnen uitoefenen.”

Vanuit de hotelbranche wordt op landelijk en op stedelijk niveau meer aandacht gevraagd voor toerismebeleid. Is er een minister of wethouder voor toerisme nodig?

Op dit moment valt toerisme in Amsterdam onder de wethouder van Economische Zaken (Victor Everhardt, D66, red.). We hebben de afgelopen jaren een gigantische groei gezien in de hospitalitybranche. Daar heeft de gemeente de afgelopen acht jaar op ingezet. Daarbij is het ons niet gelukt om een duurzaam en toekomstgericht beleid uit te stippelen ten opzichte van toerisme. Dat trek ik mij ook aan als mede-beleidsbepaler. Je moet echter niet vergeten dat acht jaar geleden de musea leeg waren, hotels mindere bezettingen draaiden en dat de stad in een recessie zat. Dat het toerisme zo’n vlucht zou nemen, hebben we onderschat. Ik denk niet dat een wethouder van Toerisme noodzakelijk is, maar wel goed toebedeeld moet zijn bij een wethouder, zoals dat nu het geval is. Wat de stad nu nodig heeft is een toekomstbestendig beleid.”

Hoe ziet die toekomst eruit?

“Wat in mijn ogen de toekomst is, is dat je naar Amsterdam gaat omdat je deze stad wilt ontdekken op het gebied van kunst en cultuur, het culinaire aanbod en de zakelijke faciliteiten. Nederland is een uitstekend georganiseerd land. We spreken onze talen en staan open voor andere culturen. Zo zijn we van oudsher. Waar we tegen moeten strijden is de ram- en raustoerist die hier alleen komt om de stad te verzieken.”

Hoe doe je dat?

“Dat is ingewikkeld. Voor een deel is het iets dat wij als gemeente niet kunnen controleren. Zolang de goedkope vluchten vanuit Liverpool en Glasgow hier naartoe vliegen is het vechten tegen de bierkaai. Waar ik op hoop is dat Lelystad Airport zo spoedig mogelijk opengaat. Je bent alsnog in drie kwartier in Amsterdam, maar je maakt de drempel iets hoger. Om die ram- en raustoerist tegen te houden zal je rigoureus moeten ingrijpen in de economie in de binnenstad. Die is nu nagenoeg volledig ingezet op kortdurende bezoeken: prostitutie, coffeeshops en horeca gericht op excessief drankverkoop. amsterdam&partners, voorheen Amsterdam Marketing, heeft jarenlang toeristen bemoedigd om hierheen te komen. In de periode dat we zagen dat het massatoerisme te snel groeide is amsterdam&partners een campagne gestart om toeristen op onze regels te wijzen. Gedraag je als je wilt komen. Nu zullen we, omdat we in een andere fase van de economie zitten, het niet moeten ontmoedigen om de stad te bezoeken als de coronacrisis het aankan. We hebben de toeristen keihard nodig om de hotels weer op niveau te kunnen laten draaien.”

Is extra handhaving op de Wallen een deel van de oplossing om de overlast die deze ram- en raustoerist veroorzaakt aan te pakken?

“We hebben in Amsterdam ongeveer 5000 agenten en een paar honderd handhavers. Dat is niet veel. Meer handhaven klinkt sterk, maar is in de praktijk lastig haalbaar. Met deze aantallen denk ik dat het lastig is om meer te handhaven. De landelijke politiek bepaalt uiteindelijk hoeveel agenten er in Amsterdam rondlopen. Handhaven is in mijn ogen ook pas je laatste redmiddel. Waar we met de binnenstad naartoe moeten is een plek waar wonen, bezoeken en werken samenkomen. Door een erotisch centrum ergens anders in de stad neer te zetten, ontlast je de binnenstad. Er zullen minder coffeeshops in de binnenstad moeten komen, het zijn er echt te veel. Maar dat is lastige materie. We hebben in het verleden het aantal coffeshops op de Wallen verminderd. Wat er dan gebeurt is dat er rijen voor de coffeeshops komen te staan en straatdealertjes de mensen in de wachtrij aanspreken: “Psst, bij mij kan je ook kopen.” Dat moet je niet willen. Downscalen op de Wallen is een punt, het andere punt is een duidelijke en heldere pitch naar de mensen toe die je wél in de stad wilt hebben.”

Stel u schrijft die pitch. Hoe ziet die er dan uit?

“Ik denk dat je Amsterdam moet vermarkten als een stad met een ongelooflijk cultureel aanbod. Het Concertgebouworkest is een van de beste ter wereld, het Rijksmuseum heeft internationaal groot aanzien en De Stelling van Amsterdam staat op de UNESCO Werelderfgoedlijst. En niet geheel onbelangrijk: je kan hier ontzettend goed eten. Amsterdam heeft zich de laatste jaren bijzonder goed ontwikkeld op gastronomisch gebied. Daar moet je op inzetten en daar moet je je marketingtools mee vullen. We hebben tijdens de vorige onderhandelingen over het coalitieakkoord hard ingezet op het beperken van factoren in de binnenstad die onnodig veel overlast veroorzaken. Denk aan fietstaxi’s, touringcars en de massa’s aan gidsen. Het gevolg daarvan was dat er minder ram- en raustoerisme naar de stad kwam. Door kleine maatregelen door te voeren kun je grote invloed hebben op het type gast dat je naar de stad trekt. Door het aanbod in de binnenstad nog verder aan te pakken kun je nog meer sturen op wat voor soort toeristen de stad bezoeken. Daar heb je private partners voor nodig en dat zal tijd kosten, want je kan moeilijk iedereen eruit zetten. We zullen met ondernemers, vermogende Amsterdammers, de culturele sector en de gemeente in gesprek moeten. Door diepte- en breedte-investeringen te doen in de culturele sector en de zakelijke markt, investeer je in de toekomst van de stad. In aanloop naar de aankomende verkiezingen (16 maart 2022, red.) heeft D66 een plan. Het lijkt nog ver weg, maar komt eerder dan je denkt. We willen de komende tijd benutten om met de verschillende partijen die dit raakt tot een toekomstbestendige visie te komen. Ook merken we dat in de landelijke politiek het toerismebeleid hoger op de agenda komt te staan.”

Is het te laat op de agenda gezet?

“Nee, dat denk ik niet. Wat ik al eerder aangaf is dat we de toestroom hebben onderschat. Beleid maken doe je met een doel. Ruim acht jaar geleden wilden we meer toeristen in de stad hebben. Dat is gelukt. Een aantal jaar geleden hebben we gemerkt dat er wel erg veel toeristen in de stad waren. In het coalitieakkoord van 2018 hebben we maatregelen getroffen waarvan wij de overtuiging hadden dat het effect zou hebben op het massatoerisme. Dat is in mijn ogen gelukt. Ik denk dat we tijdens de periode van de lockdown in Amsterdam zijn gaan inzien hoe fragiel onze economie is geworden. Het beleid op toerisme is een dynamisch proces. Vijf jaar geleden wilden we meer toeristen in de stad. Vorig jaar minder en nu is er een roep om meer toeristen omdat het te stil is in de hotels. Wat ik mezelf wel aantrek, omdat wij als partij ook in het vorige college hebben gezeten, is dat we ons eerder de vraag hadden moeten stellen: wat is ons eindpunt? Hoe ziet Amsterdam er over een aantal jaar uit? Ik denk dat er een grote kans ligt voor de Amsterdamse hotelmarkt op de combinatie tussen business en leisure. De MICE-markt trekt denk ik automatisch de gasten aan die we nu bestempelen als ‘de kwaliteitstoerist’. Ik denk dat we die mensen moeten verleiden om niet alleen voor de noodzakelijke dagen hierheen te komen, maar een aantal dagen extra bij te boeken en ons culturele aanbod weten te vinden. Voor alleen business zullen mensen in de nabije toekomst minder snel in het vliegtuig stappen.”

Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) maakte half augustus bekend dat de Nederlandse economie met 8,5 procent krimpt. Vooral jongeren en flexwerkers zijn hun baan verloren. Maakt u zich zorgen over de Amsterdamse arbeidsmarkt?

“Ja. Grofweg werkten er voor de coronacrisis 70.000 mensen in de horeca in Amsterdam. De hospitalitybranche wordt zwaar getroffen. Amsterdam is gelukkig geen stad waar je alleen met drie universitaire diploma’s aan de slag kan. De hospitalitysector is een prachtige opstap tot een mooie carrière voor veel jongeren in het mbo. Ik merk het zelf als horecaondernemer. Je medewerkers zijn ontzettend belangrijk. Zonder ze sta je nergens. Dat geeft ook wel een enorm verantwoordelijkheidsgevoel voor al die collega’s die nu of in de toekomst hun baan kunnen verliezen. Er moet snel geïnvesteerd worden in omscholing en het begeleiden naar nieuw werk. Daar liggen gelukkig ook wel kansen, bijvoorbeeld in de grote opgave die de stad op het gebied van duurzaamheid heeft. Maar het eerlijke verhaal is dat ik mij zorgen maak om precies die groep, en op korte termijn zal je ook scherp moeten zijn op schuldhulp zodat het makkelijker wordt de crisis uit te komen. Amsterdam wordt harder geraakt dan de rest van Nederland, maar we hebben ook de potentie om sneller te herstellen dan de rest van het land. Als stadsbestuur moeten we daar daadkracht op tonen.”

Reinier van Dantzig

Reinier van Dantzig (34) is fractievoorzitter namens D66 in de Amsterdamse gemeenteraad. Hij rolde de partij binnen in 2009 om in 2012 als stagiair te werken bij de Eerste Kamerfractie van de partij in Den Haag. Reinier keerde in 2014 terug naar Amsterdam, als lid van de gemeenteraad. In 2017 werd hij gekozen als lijsttrekker voor de gemeenteraadsverkiezingen om na de verkiezingen als fractievoorzitter namens D66 zitting te nemen in de gemeenteraad. Zijn portefeuille bestaat uit Algemene Zaken, Veiligheid, Economie en Toerisme. Reinier van Dantzig is, naast politicus, eigenaar van drie horecazaken in Amsterdam, waaronder de Vondeltuin in het Vondelpark.

Blijf je graag op de hoogte?

Twee keer per week het actuele en relevante hotelnieuws in je mailbox? Schrijf je hier in voor onze digitale nieuwsbrief en blijf op de hoogte.

HM302020

Overig nieuws