De hotellerie zit tussen herstel en vrees. Deze zomer draaien veel hotels goede bezettingsgraden en hoge omzetten. Aan de animo van de leisure gast ligt het niet en ook de zakelijke markt laat een relatief sterke groei zien. Dicht bij die succesfactoren zitten uitdagingen waar menig hotelier zich zorgen om maakt.
De inflatie zorgt ervoor dat marges behoorlijk onder druk komen te staan, waardoor het herstel minder snel zal gaan dan gehoopt. Daarbovenop zorgt de inflatie ervoor dat de koopkracht afneemt waardoor het de verwachting is dat mensen in de rest van dit jaar minder snel een weekend weg boeken en even de hand op de knip houden.
Het coronaspook hangt nog altijd boven de markt. Iedere maand schotelen wij als redactie onze lezers online een stelling van de maand voor, waarop gereageerd kan worden. In augustus is de stelling van de maand ‘Ik houd als hotelier rekening met coronagerelateerde maatregelen’. De bezoekers van onze website zijn het voorlopigt (helaas) bijna allemaal eens met deze stelling. De toekomst zal het laten zien, laten we hopen dat het meevalt.
Wat niet mee gaat vallen is het terugbetalen van de opgelopen belastingschuld. Veel hotelondernemers hebben tijdens de coronajaren uitstel van betaling aangevraagd. Dat mocht, nu is het tijd om die terug te gaan betalen en dat gaat de branche voelen. In het voorjaar stuurde de Belastingdienst aan 270.000 ondernemers een brief waarin stond dat ze vanaf oktober 2022 de achterstallige belastingen dienen terug te gaan betalen. Het gaat in totaal om een bedrag van ruim 20 miljard euro. De belastingdienst gaat innen.
Tot zover de negatieve ontwikkelingen. Want ondernemers, en in het bijzonder de ondernemers in de hospitalitybranche, kijken graag positief vooruit. Het feit dat veel hotels een meer dan goede zomer hebben gedraaid, en dat de hotels ook in het najaar goede bezettingen draaien, is een heerlijk gegeven. De mensen komen en spenderen, daar heeft het gelukkig nooit aan gelegen. Dat is een groot verschil met de Euro- en bankencrisis.
De verwachting voor 2022 was dat de buitenlandse toerist ons land dit jaar even links zou laten liggen. De Rabobank heeft dat onderzocht en uit hun cijfers blijkt dat internationaal verkeer ons land gelukkig wel weet te vinden. Zo lag het aantal overnachtingen in april gemaakt door de Duitse gast weer boven het niveau van 2019. De Belgische gast bleef met 83,2% nog iets voorzichtiger. Met name de gast uit het Verenigd Koninkrijk (67,9% ten opzichte van 2019) en de gast uit de Verenigde Staten (76,5% ten opzichte van 2019) bleven nog weg. Mijn verwachting is dat ook de Britten na de commotie rondom de Brexit en alle beperkende coronamaatregelen in de (nabije) toekomst Nederland weer vaker zullen gaan bezoeken, evenals de Amerikanen. Amsterdam in het bijzonder, maar Nederland als geheel heeft laten zien zowel voor de zakelijke reiziger als de toerist een meer dan toegevoegdge waarde te zijn. De Nederlandse gastvrijheidseconomie heeft een bijzonder hoog potentieel die nog beter benut kan worden. Hoe? Dat leest u in de volgende column.
David Bakker is hoofdredacteur van het vakblad Hospitality Management en schrijft maandelijks een column. Lees alle columns in het dossier. Reageren? Graag! david.bakker@uitgeverijps.nl
