"Misschien wel de bekendste hotelier van Nederland”, zo noemde de hoofdredacteur van dit blad hem in een recent interview. Laat dat ‘misschien’ maar weg, want wie Nederlandse hotellerie zegt, zegt Roberto Payer. Karakterhotelier pur sang. Altijd gesoigneerd, altijd scherp en herkenbaar vanwege zijn met zwierig Italiaanse accent gesproken Nederlands. Vorige maand vierde hij de mijlpaal van 50 jaar dienstverband bij een al bijna even iconische hotelketen: Hilton Hotels & Resorts. Een unicum, net als de man zelf. Roberto Payer is altijd goed voor een scherpe, eigenzinnige observatie; in zijn retoriek is hij stellend en als hij iets vraagt is het puur retorisch. Zijn meningen zijn altijd uitgesproken en je moet sterk in je schoenen staan om de discussie aan te gaan. Meer dan tienduizend personeelsleden nam hij aan en daarmee is hij een van de godfathers van de Nederlandse hotellerie. Velen van ‘zijn’ mensen schopten het ver en HR-managers bij andere hotels die zagen dat iemand was opgeleid door mijnheer Payer, wisten: die komt van goeden huize.
Zelf volgde hij het klassieke pad door onderaan te beginnen. Weliswaar niet als afwasser – dat zou het verhaal té sprookjesachtig maken - maar wel als kelner. Een kelner met een droom; hij moest en zou hoteldirecteur worden. En dat gebeurde; in 1987 werd hij directeur van Hilton Rotterdam en in 1992 volgde de plek waar hij de rest van zijn carrière zou blijven: Hilton Amsterdam. Een op het eerste gezicht saaie blokkendoos in een chique en saai deel van Amsterdam, behorend bij een in die tijd niet bijster innovatieve hotelketen die hopeloos verdeeld was in een Amerikaans en een internationaal deel. Maar saai, daar doet Roberto Payer niet aan en dus ging hij aan de slag. Hilton Amsterdam werd synoniem voor high standing en internationale allure. Hij verbouwde het hotel rigoureus, ontwikkelde espressobar Issimo, restaurant Roberto, een heuse Marina en zorgde voor opera- en beeldenfestivals aan de überkeurige Apollolaan. Ook rekende hij af met het dubieuze imago van de Hilton nachtclub ‘Club Juliana’s’ door de ruimte te verhuren aan een groep stand-up comedians. Ik maakte midden jaren ‘90 voor het eerst kennis met ‘mijnheer Payer’. Ik heb mij tot 2000 tenminste 10 keer aan hem voorgesteld, voordat hij mijn naam onthield. Toen dat eindelijk gebeurde, voelde als een rite of passage. Pas als The Godfather je naam kent, hoor je er ook een beetje bij in de Nederlandse hotellerie….
Vorig jaar Interviewde Hospitality Management Roberto Payer. Lees het volledige interview hier