‘Gaat niet, bestaat niet’, is zijn motto en deze positieve houding zorgt ervoor dat de bouw van Theaterhotel Venlo soepel verloopt. “Ik heb gelukkig nog geen nacht wakker gelegen”, vertelt Gijs Hendrikx, directeur van het hotel.
De liefde voor de horeca zat er al jong in. Gijs begon op 13-jarige leeftijd al in horecazaken van zijn zus en zwager. Hij rondde de middelbare en hoge hotelschool af en liep stages in de horeca, maar ook bij een horeca-adviesbureau en bij Sligro. “Dan kijk je er opeens weer heel anders tegenaan.” Gijs ging een half jaar naar Londen, zette een horecazaak op voor zijn zus en zwager en werkte vier jaar als sales- en marketingmanager bij Van der Valk Venlo. Binnenkort opent hij zijn eerste eigen hotel.
Superkans
“Via mensen uit mijn netwerk hoorde ik over het project. Ik was er direct enthousiast over. Eerst zou een Duitse keten het project doen. Uiteindelijk ging dat bij hen niet door. Wat een superkans, dacht ik toen. In oktober 2015 bezocht ik iemand om me te helpen. Ik had verwacht dat ik te horen zou krijgen dat mijn plannen niet realistisch waren, maar diegene was nog enthousiaster dan ik! Afgelopen zomer heb ik bekend kunnen maken dat ik een hotel met 42 kamers open. Het is achteraf heel snel gegaan. De streefdatum is om de tweede verdieping op 6 maart te openen.”
Weinig eigen personeel
“Door de samenwerking met het naastgelegen theater heb ik heel weinig personeel nodig. De receptie van het theater wordt ook mijn receptie, daardoor creëer ik heel weinig personeelskosten binnen het hotel. En het is voor beide partijen een voordelige oplossing. We willen elkaar echt gaan versterken. Bij de hotelbar zet ik wel eigen personeel, maar het ontbijt vindt plaats in het restaurant van De Maaspoort en housekeeping besteed ik uit. Er zitten zo veel voordelen aan die samenwerkingen. Ik heb straks misschien maar twee fte nodig.”
Positief
“Ik loop nergens echt tegenaan. Natuurlijk gebeurt er weleens wat, zoals een lekkage of dat kozijnen toch vernieuwd moesten worden. Maar er zijn geen zaken die onmogelijk op te lossen zijn. Alles verloopt soepel, zoals bijvoorbeeld het vergunningentraject. We zijn gewoon gestart. De omgevingsvergunning hadden we nog niet, de hoop dat we hem zouden krijgen wel. Het is een keuze om dan toch gewoon van start te gaan. Als die vergunning niet werd verleend of als er bezwaar was aangetekend, hadden we misschien wel een probleem gehad.”
Oplossingen zoeken
“Alles gaat zo soepel dankzij de (lokale) partijen met wie ik samenwerk. En als iets niet in één keer goed gaat, gaan we samen opzoek naar oplossingen. In een deurpost zit bijvoorbeeld een verschil van een paar millimeter wat lastig was voor degene die de deuren levert. Maar binnen tien minuten hadden we een oplossing bedacht zodat we toch 42 dezelfde deuren konden bestellen. Daarnaast laat ik iedere partij meedenken. Als de schilder zegt dat het handiger is om in januari met meer man te beginnen in plaats van in december met een paar, terwijl ze dan nog niet overal bij kunnen, ga ik daar direct in mee.”
Het spannendste
Het meest zenuwachtig is Gijs over het feit dat hij veel uit handen geeft. “Het ontbijt en de receptie doe ik natuurlijk niet zelf, maar natuurlijk heb ik invloed en maken we afspraken. De mensen met wie ik werk weten heel goed waar ze het over hebben. Het zijn vakmensen die er ook voor de volle 100 procent voor gaan. Ik hoef me dus eigenlijk geen zorgen te maken, maar het is toch anders als je allemaal eigen personeel hebt.”
Tips
“Het belangrijkste is dat je de juiste mensen vindt voor alles wat je zelf niet kunt. Het moeten mensen zijn die je vertrouwt. Laat mensen doen waar ze goed in zijn. Vanochtend vroeg iemand bijvoorbeeld in welk verband hij de vloer moest leggen. Ik vroeg hem wat hij zelf het mooist vond en zei dat we het dan op die manier deden. Hij heeft misschien wel 300 vloeren gelegd en ik heb er weinig verstand van. Durf je ook kwetsbaar op te stellen.”