De hotellerie beperkt zich niet tot het vaste land. Verstopt achter het reusachtige Mövenpick Hotel aan het Amsterdamse IJ doemt een gigantisch cruiseschip op. Na twee securitychecks en het inleveren van het paspoort wordt er een gastvrije hand uitgestoken: “Welkom op de Boudicca.”
De uitgestoken hand is van Hans van Welzen, hotelmanager op het cruiseschip. Met 462 kamers, vijf restaurants, zes bars, twee zwembaden, ruimte voor 861 gasten en een lengte van ruim tweehonderd meter, noemt hij dit schip een kleintje. “Er zijn schepen waar zesduizend gasten op kunnen. Dan lopen er ook nog eens tweeduizend bemanningsleden rond”, vertelt Hans, terwijl hij de lift in stapt. “We beginnen boven. Naar beneden lopen is makkelijker dan omhoog.”
In de lift vervolgt hij zijn verhaal. “We hebben nu ruim zeshonderd gasten aan boord. Het maakt niet uit of we helemaal vol of halfvol zitten, we hebben altijd rond de 370 bemanningsleden op het schip. Alles loopt hier rond: chefs, bartenders, lassers, elektriciens, schilders, artsen… Dat zijn we verplicht. Ieder schip met meer dan 14 mensen aan boord, is wettelijk verplicht een arts aan boord te hebben”, zegt Hans, terwijl de liftdeuren opengaan op de bovenste etage. “Good afternoon ladies, everything ok?” Iedereen wordt gegroet. “Hier begin ik iedere ochtend mijn dagelijkse rondje over het schip, dan kijk ik of alles er nog staat en loop ik heel snel weer weg”, lacht Hans, als hij de gym laat zien. Kijkend over Amsterdam laat hij ‘zijn’ zwembaden zien op het dek. “Die zijn allemaal verwarmd. Nu is het te koud om buiten te zitten, maar je kan je voorstellen hoe het eruit ziet als we in de buurt van de Kaapverdische Eilanden varen.
Werktijden
Het schip is in 1973 gebouwd en vaart onder de vlag van de Bahama’s. “We werken voornamelijk met bemanningsleden uit de Filipijnen, Thailand en India. Ze zijn erg blij met hun baan en vooral ook erg loyaal. Ze willen altijd terugkomen. Op de Filipijnen en in Thailand hebben we onze eigen agentschappen die we kunnen inschakelen als we nieuw personeel nodig hebben. In andere landen maken we gebruik van lokale agentschappen. Ik weet niet hoe ze het doen, maar ze onthouden echt alles: extra suikertje bij de koffie en zelfs de namen van onze gasten als ze een jaar later weer terugkomen. En het is niet zo dat we hier twintig gasten hebben. Ze hebben verplichte rusturen en werken gemiddeld tien uur per dag. Dat kan uitlopen tot dertien, maar dan moet dat gecompenseerd worden met rusturen. In elke haven die we aandoen, is er de mogelijkheid om de stad in te gaan. Ik denk dat dat in Amsterdam wel gaat gebeuren.”
Zelf werkt Hans in de regel twee maanden op, twee maanden af. Het gebeurt echter ook dat het langer duurt. “Het is niet zo dat als mijn twee maanden diensttijd erop zit, ik van boord stap. Ik maak de cruise altijd af. Ik heb ook mijn verplichte uren, maar eigenlijk ben ik zeven dagen per week, 24 uur per dag aan het werk. Geen druppel alcohol mag genuttigd worden. We zijn verantwoordelijk voor de veiligheid van onze gasten.” Daarin zijn de systemen heilig. “Die zijn waterdicht, maar móeten goed worden nageleefd. Alles luistert ontzettend nauw. Ook op het gebied van F&B.”
Bevoorrading
Aangekomen in de reusachtige bevoorradingsruimte (daar is bijna een hele verdieping(!) voor ingedeeld), legt Hans uit. “We bieden onze gasten driemaal daags een maaltijd aan. We zitten nu op ruim zeshonderd gasten, dat zijn 1800 maaltijden per dag. Dan moet de bemanning ook eten: drie keer 370. Dat zijn in totaal bijna drieduizend maaltijden per dag. We hebben een team aan boord dat de bevoorradingen checkt. Dat team koppelt naar ons hoofdkantoor in Ipswich, waar alle bestellingen worden verwerkt. Zij plaatsen de bestellingen voor ons en op die manier worden we bevoorraad. Dat gaat soms met lokale leveranciers zoals in Nederland, waar onze leverancier in Barendrecht zit, maar het gebeurt ook dat containerboten achter ons aan moeten varen om ons te voorzien van de nodige spullen. Als die in slecht weer geraken of pech hebben onderweg, dan hebben wij een probleem. Stel, wij liggen in Lissabon en een containerschip met spullen moet ons bevoorraden, maar kan door de storm niet verder varen dan Rotterdam, dan worden er vanuit Rotterdam vrachtwagens volgeladen en naar Lissabon gereden. Het is een zeer uitgebreide logistieke operatie en dan zijn wij nog een redelijk kleine rederij met ‘slechts’ vier schepen op de oceanen. Er is altijd wel eten en drinken onderweg richting een van onze schepen.”
Als de gigantische deuren van de bevoorrading dichtgaan, legt Hans uit dat het voor nu eigenlijk allemaal wel meevalt. “We vertrekken morgenochtend weer, maar zijn niet lang op zee. Nu staat de bevoorrading op kniehoogte, maar als we de oceaan oversteken, dan staat het tot het plafond. Je kan natuurlijk niet zonder eten of drinken komen te zitten.” Alle bevoorradingsruimtes worden naar HACCP-richtlijnen gekoeld en stocklijsten worden nauwkeurig bijgehouden om de bevoorrading zo soepel mogelijk te laten verlopen.
Alle gasten aan boord van de Boudicca zitten all-inclusive op het schip, alcoholische dranken vallen niet binnen het all-inn-aanbod, maar kunnen als optie bijgekocht worden. De gemiddelde gast verblijft een paar weken op het schip. Een uitdaging voor de chef om een uitgebalanceerd en gevarieerd menu samen te stellen. “Dat doen we dan ook, maar het herhaalt zich wel na een aantal weken. Bij zowel het diner, de lunch als het ontbijt is er de keuze om à la carte te eten. Van eggs benedict tot slow cooked pork belly. Wij hebben voornamelijk Britten aan boord en die hebben de traditie om aan het eind van de middag een kop thee te nemen en daar hoort een scone bij. Dat faciliteren we dan. Al ons brood op het schip maken we zelf. Doordat we een all-inn prijs bieden, zijn we erg aantrekkelijk voor onze doelgroep. Sommigen mensen doen dit ieder jaar, hebben hun huis al lang en breed afbetaald en willen zorgeloos kunnen genieten. Hier is alles geregeld en kom je in een gespreid bedje terecht. Houd je het bij een paar glazen wijn per dag, dan is het ook niet zo duur.”
‘Boss’
Op het moment dat ‘boss’ Hans alle opslagruimtes laat zien, waar genoeg voeding ligt om een dorp een week lang van te voeden, schieten bemanningsleden in het gareel. Druk worden alle checklijsten afgevinkt en de systemen nageleefd. “Al ons vlees komt uit de Verenigde Staten: dat vlees heeft een bepaalde kwaliteitsstandaard die wij graag willen hanteren. Daarnaast zijn ze ook heel erg constant in de kwaliteit die ze leveren. Al het vlees wordt diepvries geleverd. Vanuit de HACCP zijn er strakke richtlijnen hoe dat vlees ontdooid moet worden voordat het naar de keuken mag om bereid te worden. Daar hebben we een speciale ruimte voor gereserveerd; de ‘ontdooikamer’. In de keuken hebben we een speciaal gedeelte voor onze slager. Die verwerkt het vlees tot mooie stukken. Wij kunnen het ons absoluut niet permitteren om etenswaren geïnfecteerd te laten worden. Als een gast ziek wordt aan boord, dan is de mogelijkheid ook redelijk groot dat iemand anders dat ook wordt. Als we midden op zee zijn, dan adviseren wij de zieke gast om op de kamer te blijven. Zoals je ziet, zijn het voornamelijk gepensioneerden die onze cruises boeken. Die groep is meer vatbaar voor het overdragen van ziektes. We zijn ons erg bewust van de gevaren van het norovirus.” (zeer besmettelijk virus waarbij zeer heftige diarree optreedt; het norovirus komt geregeld voor in de vorm van een epidemie, red.). Vandaar dat er op de boot overal handpompjes met desinfectiemiddel zijn. “En er zijn constant schoonmakers bezig alle relingen af te nemen. Hygiëne is van levensbelang.”
Net als allergieën. Mensen met heftige allergieën worden geadviseerd dit te melden bij de Executive Chef. “Op de dag dat zij aan boord komen, hebben ze een soort ‘intakegesprek’ met de chef. De keuken kookt dan voor die gasten wat hun allergie toestaat. Iedereen aan boord moet voor elke maaltijd aangeven in welk restaurant en aan welke tafel ze willen zitten. Sommigen mensen hebben de voorkeur om aan een grote tafel met andere mensen te zitten, sommigen zitten liever met z’n tweeën. Die keuze is er.” Het is niet zo dat in ieder restaurant een ander menu wordt aangeboden. “Nee, dat zouden we niet aankunnen. De verschillende restaurants bepalen de sfeer, het eten is hetzelfde.”
Op het moment dat Hans de keuken laat zien, zijn een slordige twaalf koks het personeelseten aan het voorbereiden. Tientallen speklappen vullen de keuken met dikke rookpluimen op bakplaten zo groot als een pooltafel. De gehele keuken, inclusief een spoelkeuken met de grootte van een gemiddelde hotelkeuken, is ongeveer een half voetbalveld groot. Van eigen brood tot speklap tot ossenhaas. 3000 maaltijden per dag vinden hier hun basis. “We hebben 24 uur per dag maaltijden beschikbaar. Het begint allemaal met het ontbijt, dat start om 7 uur in de ochtend en duurt tot 12 uur. Direct aansluitend begint de lunch en die duurt tot 15.30 uur. Daarna start de welbekende theesessie, waarbij we sandwiches, gebak en scones serveren. Om 18.15 uur start het diner. Dat duurt tot 22 uur en om 23 uur is er nog de mogelijkheid om een ‘midnight snack’ te pakken. En tot slot hebben we 24 uur per dag roomservice.”
Hiërarchie
Hotelmanager Hans staat onder het gezag van de kapitein, die samen met de Chief Officier eindverantwoordelijk is op het schip. Naast Hans staat de Chief Engineer die verantwoordelijk is voor grote onderhoudsklussen als laswerk en eventuele motorische mankementen. Hans heeft veruit de meeste medewerkers onder zijn gezag. “Dat zijn er altijd rond de driehonderd. De Chief Engineer heeft er ongeveer dertig.” Hans somt het even snel op: “executive chef met alle koks, de bar managers barmedewerkers, maitre d’hotel, housekeeping, maintenance, laundry, de artsen, noem maar op… Die vallen allemaal onder mijn vleugels. Bij calamiteiten treden allerlei protocollen in werking waarbij de kapitein eindverantwoordelijkheid draagt.”
De mooiste baan
Terwijl de voornamelijk Britse toeristen terugkeren van een dagje Amsterdam, zich nestelen achter het raam met een kop thee en zich rustig voorbereiden op de avond, ontgaat Hans niets als hij langs zijn gasten loopt. “Hi, how was the city? Enjoyed it? Yes? Good.” Hij geniet van de gasten die zichtbaar genieten. “Eigenlijk heb ik de mooiste baan van de wereld, vind je niet?”, vertelt hij, terwijl hij over het IJ tuurt met een glaasje Ginger Beer in zijn hand. “Wie kan nou zeggen dat iedere dag de mensen vanuit zichzelf naar je toekomen en je vertellen hoe goed het product is dat je verkoopt. Ik maak het bijna iedere dag mee. Hoe dat gaat als wij morgenochtend vroeg weer vertrekken? Gewoon, wij lichten de waterpolitie in dat we op die tijd vertrekken, dan ligt het waterverkeer rondom het IJ even stil, maar dat duurt slechts een paar minuten. We zijn zo weg."
De Boudicca in cijfers
Tonnage: 28.388 GRT
Kamers: 462
Passagiers: 881
Crew: 329
Lengte: 205 meter
Aantal restaurants: 5
Faciliteiten: zwembad, spa, sportschool, jacuzzi
Terminal verplaatsen?
De discussie om de Passengers Terminal (PTA) te verplaatsen is een heet hangijzer binnen de Amsterdamse gemeenteraad. In het coalitieakkoord, dat in mei 2018 tussen GroenLinks, D66, SP en PvdA werd gesloten, staat het volgende te lezen: ‘De ontwikkelingen in Noord vragen om een betere verbondenheid met de rest van de stad. Daartoe willen we de Java-brug bouwen. Dit betekent dat grote cruiseschepen niet meer bij de PTA kunnen aanleggen en dat daarvoor een alternatief nodig is. Het voornemen om een tweede PTA bij de Coen- en Vlothaven te plaatsen is relatief duur, beperkt woningbouwmogelijkheden, draagt weinig bij aan spreiding van toerisme en verbetering van de luchtkwaliteit. Dit gaat dus niet door. In overleg met de gemeenten langs het Noordzeekanaal en de provincie zoeken we naar een alternatieve locatie buiten Amsterdam.’ De Coen- en Vlothaven liggen in het westelijk Havengebied, enkele kilometers verwijderd van het Centraal Station. Het alternatief is dat gasten van cruiseschepen met pendelbussen van het schip naar het centrum worden vervoerd. In januari van dit jaar meldde de Amsterdamse stadszender AT5 dat ‘het overleg over de verplaatsing van de PTA plaatsvindt in het Bestuursplatform Noordzeekanaalgebied. Dat is een samenwerkingsverband tussen verschillende gemeenten, de provincie, het ministerie, de haven en Tata Steel. Amsterdam heeft dus niet de volledige regie over de keuze. Uit de ambtelijke stukken blijkt dat de andere partijen niet accepteerden dat Amsterdam bij voorbaat een nieuwe locatie binnen gemeentegrenzen zou afwijzen. Daarom werd door Amsterdam de Coenhaven heroverwogen. Het zou dan een tijdelijke oplossing zijn, al maken enkele ambtenaren zich zorgen over hoe tijdelijk dit dan zou zijn.'
Biografie
Rotterdammer Hans van Welzen komt uit een horecagezin. Zijn vader had meerdere zaken. “Die zat in de luchtvaartcatering, bedrijfscatering en had nog meer andere horecazaken.” Hans wist niet echt wat hij wilde worden ‘als hij later groot was’, deed de opleiding tot scheepskok en was een van de eersten op de Hotelschool in Wageningen. Had naar eigen zeggen een grote mond en vertrok naar de Verenigde Staten om door te studeren. Daar kwam hij voor het eerst in aanraking met het werken op een cruise. Dat beviel. “Mooie tijd. Ik heb nog steeds veel vrienden in Miami.” Toch keerde hij terug naar Rotterdam, waar hij een familierestaurant opende in Rotterdam. “Aan een plas, fantastische tijd, één groot feest. Ik had een heel laag break-even-point en had het in lengte van jaren willen houden.” De zaken gingen goed, totdat de gemeente erachter kwam dat de grond waar het restaurant op stond, vervuild was. “Ik had ook nog eens ruzie met de pandeigenaar, dus binnen een week moest ik eruit. Sinds 2007 werkt Hans voor de Britse rederij Fred Olsen Cruise Lines, met nog altijd ontzettend veel plezier. “We staan bekend om ons uiterst vriendelijke personeel en ons voortreffelijke aanbod op het gebied van eten en drinken. Daar ben ik ontzettend trots op.”
Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door wereldcruisen.nl
Fotografie: Abel Ponger Fotografie
HM302019