Lenny Balkissoon is een doorzetter. Als hij in 2011 bij toeval in contact komt met woningcorporatie Ymere, kan hij niet weten dat hij twaalf jaar later twee kerken bezit waarin hij onder meer twee hotels heeft ontwikkeld. Het Chassé Hotel in Amsterdam-West opende de deuren in 2017. Dit voorjaar opent hij, na een lange strijd van twaalf jaar, zijn tweede hotel in Amsterdam: Chassé Hotel Oost. “Als ik de potentie zie zet ik door. Opgeven is geen optie.”
Balkissoon is geboren in Brits Guyana, het buurland van Suriname. Na een moeilijke jeugd besluit hij op zijn achttiende naar Nederland te komen. Hij verliet zijn thuis met iets meer dan honderd gulden om de wereld te gaan ontdekken. In Nederland aangekomen, en de taal nog niet machtig, zette hij alles op alles om wat geld te verdienen om zo zijn avondschool voor Nederlandse les te kunnen bekostigen. Eerst als krantenjongen en later als barkeeper in het Amstel Hotel. Hier zal zijn voorliefde voor de hotellerie wellicht zijn ontstaan. Kort na zijn aankomst in Nederland zag hij op televisie een item voorbijkomen over ritmische gymnastiek en ontstond zijn passie voor dans. Hij trok de stoute schoenen aan, volgde een dansles en bleek talent te hebben. Naast zijn drukke werkzaamheden volgde hij de dansopleiding.
Meer foto's onderaan deze pagina
Project Chassékerk
Nu ruim twaalf jaar geleden, in 2011, klopt hij bij woningcorporatie Ymere aan omdat hij geïnteresseerd is in de aankoop van een pand in Osdorp. Tijdens een gesprek bij de woningcorporatie wordt hem vrij snel verteld dat het pand in Osdorp geen optie is. Wel heeft Ymere een oude kerk in de Amsterdamse buurt De Baarsjes te koop staan. Of dat niet wat voor hem is? Hij twijfelt en weigert in eerste instantie. Omdat zijn nieuwsgierigheid toch is gewekt, besluit hij niet veel later alsnog een kijkje te nemen.
Twaalf jaar later loopt Lenny Balkissoon door de gangen van de chassékerk, officieel de Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstand geheten. Hij stopt tijdens de uitgebreide rondleiding bij een muur waar een serie foto’s van de kerk hangt. Het geeft een goed beeld over hoe de kerk zich heeft ontwikkeld. “Kijk”, zegt hij, terwijl zijn vinger een foto van een slordige vijftien jaar geleden aanwijst. “Zo heb ik de kerk in 2011 van woningcorporatie Ymere gekocht. Ze hadden de plannen om hier appartementen te ontwikkelen, maar dat bleek te duur. Ik zag het in eerste instantie helemaal niet zitten. Wat moet ik nou met zo’n grote kerk?” Maar tijdens de bezichtiging was Balkissoon vrij snel overtuigd. Hij keek dwars door de uitdagingen van de vervallen kerk heen en wist het zeker: hier komt een dansschool en een hotel. “Binnen drie minuten was ik overtuigd. Ik wist precies wat er moest gebeuren.”
Daar is een hoge vorm van inbeeldingsvermogen voor nodig. De ruiten waren ingegooid en de deur was gebarricadeerd. De kerk stond al jaren leeg en was helemaal vervallen. Ook de buurt stond er niet goed op. Er was grote weerstand bij de buurtbewoners. Ze waren tegen het plan om hier een cultureel centrum met hotel te ontwikkelen. Maar het resultaat mag er zijn. In de Chassékerk zijn 55 hotelkamers, vier appartementen, een restaurant, negen dansstudio’s en een gymzaal voor de lokale scholen ontwikkeld. Niet geheel onbelangrijk: de dansschool is de grootste ter wereld. “Ik heb mezelf tijdens buurtvergaderingen vaak moeten verdedigen en uit moeten leggen dat mijn plannen juist een toevoeging voor de buurt zijn. Dat is wel eens frustrerend geweest. Ik wilde wel per se eerst de dansschool af hebben, vervolgens pas het hotel. Dat vonden mensen om mij heen een slecht idee. Met de exploitatie van het hotel zou ik later de dansschool kunnen bekostigen, maar ik heb een passie voor dansen, niet per se voor de hotellerie. Ik wist precies waar ik mee bezig was. Ik heb veel vertrouwen in God en in mezelf.”
Dit interview verscheen in de eerste editie van Hospitality Management 2023. Download de uitgave hier.
Na de koop van de Chassékerk kwam Ymere meerdere keren met een aanbod voor nog een kerk: de Christus Koningkerk aan de James Wattstraat in Amsterdam-Oost. Ymere had ook hier het plan appartementen te ontwikkelen, maar zag daarvan af. Het was crisistijd. In 2012 bezit Lenny Balkissoon ineens twee vervallen kerken met een hoog potentieel, al lijkt hij de enige te zijn die dat ziet. “Ik werd voor gek verklaard. Maar ik heb het vermogen om door problemen heen te kijken en overal een uitdaging in te zien met een helder zicht op het eindresultaat. En als ik ergens in geloof dan ga ik er de volle honderd procent voor. Ik geef simpelweg niet op.”
De verbouwwerkzaamheden in de Chassékerk in Amsterdam-West verliepen uiteraard niet zonder slag of stoot. De vloer op de begane grond bleek rot en Lenny maakte van de nood een deugd. “Dan graven we onder de begane grond er een grote kelder bij, was mijn gedachte. De bouw van de kelder is de grootste verbouwing tot kelder in een bestaand pand in Nederland geweest. Als ik het doe, wil ik het goed doen en een kelder bijbouwen kun je maar een keer doen”, lacht de ondernemer. Hij ontwikkelde in de kelder meerdere studio’s voor zijn Chassé Dance Studio’s. Op de begane grond zijn ook dansstudio’s. Op de eerste verdieping zijn de hotelkamers ontwikkeld, evenals in de pastorie. In de nok van de kerk, op de tweede verdieping, is de gymzaal waar scholen uit de buurt gymlessen organiseren.
In 2014 opent Lenny Balkissoon Chassé Dance Studio’s, in 2017 wordt het hotel opgeleverd. Het project in Amsterdam-Oost is aan het begin van 2023 nog altijd niet geopend. “Maar we moeten eigenlijk alleen nog de vloer leggen en opruimen.” Protesterende buurtbewoners en stroperige vergunningstrajecten zorgen ervoor dat de kerk in de James Wattstraat nog altijd niet open is. In 2017 kraakt een groep uitgeprocedeerde asielzoekers de kerk en komen de verbouwwerkzaamheden tot 2018 stil te liggen. Maar dit voorjaar is het eindelijk zover: het hotel met theater en grand café wordt geopend. Het theater biedt plaats aan zeshonderd gasten en voor het hotel zijn 77 kamers ontwikkeld. De naam: Chassé Hotel Oost. “Nog niet alle vergunningsaanvragen zijn op dit moment goedgekeurd, maar wel ingediend. We mogen in elk geval open.”
De aanhouder wint. Want Balkissoon zou genoeg redenen kunnen bedenken om de handdoek in de ring te hebben gegooid. Niet in de laatste plaats vanwege alsmaar oplopende kosten en het ontbreken van inkomsten. “Maar daar doe ik het niet voor”, klinkt het resoluut. “Ik wil creëren en geloof er heilig in dat als je je met ziel en zaligheid inzet voor het project waar je in gelooft, het geld uiteindelijk weer jouw kant op komt. Mensen vragen mij vaak hoe ik de projecten heb kunnen financieren. Ook vanuit de buurt krijg ik die vragen. Ik geef niets om uiterlijk vertoon en rijd een auto van ruim twintig jaar oud. Ik heb het geluk dat ik lang geleden een aantal panden heb kunnen kopen. Om deze twee megaprojecten te kunnen financieren heb ik een groot deel daarvan verkocht. Ik heb geen enkele subsidie aangevraagd, maar heb geld bij de bank geleend. Ik ben volledig eigenaar van de panden en de exploitatie en voel me gezegend dat er geen externe financiers, los van de bank, in de projecten zitten. Dan had ik het ook niet kunnen doen. Investeerders willen snel resultaat zien en ik heb juist een lange adem. Dat is geen goede match.”
Geen hotelier
Met zijn achtergrond als danser en ervaring in de bouw is Lenny Balkissoon geen echte hotelier te noemen. Een hotelschool heeft hij niet doorlopen en veel hotelervaring had hij ook niet, voordat hij zijn hotelavonturen aanging. “Ik weet waar ik goed in ben en waar ik niet goed in ben. Ik ben graag creatief, projectmatig en conceptueel bezig. Maar mensen aansturen is niet mijn sterkste kant. Gelukkig hebben wij een fantastisch team dat iedere dag hun uiterste best doet om de gasten tevreden te stellen. Het hotel in de Chassékerk heeft over het jaar 2022 een bezettingsgraad van 93 procent gedraaid. Daar zij we erg blij mee en dat hadden we ook niet verwacht. Het maakt de coronajaren zeker niet goed, want ook de dansschool was dicht, maar het geeft wel een enorme boost. De jaren voor corona draaiden we een bezetting van ongeveer 65 procent. We zijn behoorlijk gegroeid en dat hadden we niet helemaal verwacht.”
Dat komt onder andere door de prijs. “We proberen de prijzen relatief laag te houden en bieden veel meer ruimte dan de gemiddelde hotelkamer in Amsterdam. Ook dat is een bewuste keuze. We zouden onze kamerprijzen kunnen verhogen, maar dan sluiten we de jongere reiziger uit. Dat wil ik niet. Daarnaast draai ik liever een hoge bezetting tegen een lage prijs dan een lage bezetting tegen een hoge prijs. De kerk is een multifunctioneel pand en is bijna constant open. Het is altijd mijn bedoeling geweest om de originele functie van de kerken te behouden: het samenbrengen van mensen. Er wordt hier gedanst, gymles gegeven, gegeten en geslapen. De personeels- en energiekosten lopen door. Dan heb ik liever een vol hotel.”
De Chassékerk herbergt een bijzonder hotel met een duidelijk persoonlijke inrichting zonder restaurantfunctie. Die was er overigens wel, maar de kosten waren hoger dan de baten. “In de beginperiode hebben we het restaurant zelfstandig gerund. Het werd te duur en ik was er niet zo bedreven in. Vervolgens hebben we het aan een partij uitbesteed, maar toen corona kwam is daar ook een einde aan gekomen. We hebben er nu voor gekozen om alleen ontbijt aan te bieden aan onze gasten. Er zijn in Amsterdam genoeg mooie restaurants om te kunnen eten. Het Chasséhotel wordt uitstekend gewaardeerd door onze gasten en de reviews zijn vaak lovend. Ik hoop dat ik toekomstige gasten in het hotel in Amsterdam-Oost een net zo mooie gastervaring – zo niet een betere – kan laten beleven.”
Voor de kerk in Amsterdam-Oost heeft Balkissoon gekozen om een externe partij te zoeken voor de exploitatie van het grand café. Voor het theater heeft hij ook al duidelijk voor ogen hoe hij dit vorm gaat geven. “Het theater wordt meer dan een theater alleen. We gaan het hybride inrichten zodat er ook bruiloften, feesten en andere evenementen kunnen plaatsvinden. De stoelen zitten niet vast, het podium wel. Ik wil de zaal per event kunnen aankleden en aan kunnen passen naar de wensen van de klant. De aanvragen stromen al binnen. Van concerten tot bruiloften.”
Anders dan met de Chassékerk heeft de cultureel ondernemer ervoor gekozen om kitchenettes te ontwikkelen in de hotelkamers in Amsterdam-Oost. “Daar zijn de kamers ruim veertig vierkante meter en zijn de kamers gericht op longstay gasten, maar ze zijn uiteraard ook te boeken voor een korter verblijf.” De ervaring leert dat er veel behoefte is aan longstay en Lenny verwacht dat deze markt zal blijven groeien. “We hebben een aantal familiekamers in de verhuur die erg populair zijn. Vandaar dat we er in Oost voor hebben gekozen om kamers te verbinden door middel van een schakeldeur. Zo kunnen die kamers ook aan families of grotere gezelschappen worden verhuurd.”
Met gevoel voor understatement geeft Lenny Balkissoon aan dat zijn reis tot hotelondernemer nogal wat voeten in de aarde heeft gehad. “Maar ik heb er geen seconde spijt van. Ik ben geen ondernemer die een jarenplan heeft en dat strik nastreeft. ‘Liever iets proberen en falen dan nooit geprobeerd’, is meer een motto dat bij mij past. Ik moet de toegevoegde waarde zien en ik wil er graag van leren. Geld is niet mijn drijfveer. Ik heb een neefje die mij regelmatig vraagt: Lenny wat is het plan? Dan moet ik hem helaas teleurstellen. Ik heb geen masterplan, nooit gehad ook. Vroeger bleven mijn dromen beperkt tot het hebben van een gezin met twee of drie kinderen en een motorfiets. De kinderen en de motorfiets zijn er gekomen, maar van al het andere had ik nooit durven dromen.”
Op de vraag of hij er al over nadenkt om ooit met pensioen te gaan, verraden zijn groot wordende ogen het antwoord al. “Pensioen? Wat is dat? Ik word helemaal gek als ik de hele dag thuis zou moeten zitten. Nee. Past niet bij mij. Net als dat ik niet weet wat ik over een paar jaar doe. Niemand weet dat. Ik ben nieuwsgierig en leergierig aangelegd. Ik stond hier in de Chassékerk zelf de bekistingen te maken en gaandeweg heb ik kennis en ervaring opgedaan. Als mensen zien hoeveel werk je verricht en hoeveel je er voor over hebt om iets te laten slagen, word je geholpen. Ik ben dankbaar dat ik dit mag doen. Dat ik als buitenlander in Nederland de grootste dansschool ter wereld heb weten te creëren, had ik nooit kunnen bedenken. Laat staan dat ik daar ook nog een theater aan heb kunnen toevoegen en zodoende een belangrijke bijdrage lever aan de culturele sector in de stad. Dat ik dat allemaal kan en mag faciliteren, maakt mij bijzonder blij en emotioneel. Als ik er later niet meer ben, zijn de kerken er nog steeds. Dat laat ik achter.”
Gebedshuizen vinden herbestemming
Eén op de vier Nederlandse gebedshuizen wordt niet langer gebruikt voor religieuze doeleinden. Dit blijkt uit onderzoek van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed uit 2020 naar alle kerkgebouwen van Nederland. Van de 7.110 kerken, synagogen, moskeeën en tempels in Nederland zijn er 1.530 herbestemd en in 2020 stonden 295 gebedshuizen op het punt een nieuwe functie te krijgen. De reden daarachter is de ‘ontkerking’ in Nederland. Het aantal Nederlanders dat zegt niet gelovig te zijn was in 2021 opnieuw toegenomen. Bijna 6 op de 10 (58 procent) van de Nederlanders van vijftien jaar en ouder rekenden zich in 2021 niet tot een religie of een levensbeschouwelijke groepering, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Gebedshuizen worden vaak omgebouwd tot café, concertzaal, boekenwinkel, hotel of woning.
Blijf je graag op de hoogte?
Twee keer per week het actuele en relevante hotelnieuws in je mailbox? Schrijf je hier in voor onze digitale nieuwsbrief en blijf op de hoogte.