Paul Polman, voormalig CEO Unilever: "Ik geloof in ecotoerisme als snelgroeiende business"

Auteur: David Bakker
Paul Polman, voormalig CEO Unilever: "Ik geloof in ecotoerisme als snelgroeiende business"

Paul Polman was tussen 2009 en 2019 CEO van Unilever. Tijdens zijn bewind zette hij in op het verduurzamen van de multinational. Met succes. Terwijl de klimaatcrisis onverminderd doordendert blijft Polman zijn missie voortzetten. “Focus alleen op winst is een achterhaalde gedachte.” 

In de groene omgeving van het Twentse landschap, de plek waar Polman opgroeide, is in Landgoed De Wilmersberg een conference call met de voormalig topman van Unilever ingepland. 15.00 uur. Om 15.04 komt zijn naam in beeld en excuseert hij zich. “Ik had wat moeite met de verbinding.” Polman is een man met een misse. Als CEO van Unilever gooide hij regelmatig de knuppel in het hoenderhok door de maatschappelijke verantwoordelijkheid van het bedrijf op gelijke voet te zetten met die van de aandeelhouders. Hij ziet de klimaattijdklok als tikkende tijdbom, maar steekt geen pessimistisch verhaal af. Hoewel zijn eerst bevindingen tijdens het interview niet louter positief zijn. “Onze aarde is 4,5 miljard jaar oud. Wij mensen maken daar pas relatief kort onderdeel van uit. De industriële revolutie kwam halverwege de 18e eeuw. De periode tussen de start van de industriële revolutie en nu is in de geschiedenis van onze planeet slechts een paar seconde. Als je kijkt hoeveel schade wij als mens in die 250 jaar onze planeet hebben aangedaan is dat erg zorgelijk. Maar er is hoop.”

De hotelindustrie is in onze ogen een vrij conservatieve business, waar de focus nog niet genoeg ligt op de verduurzaming. Wij hebben uw boek ‘Netto Positief’ gelezen. Kunt u kort uitleggen wat dat inhoudt?

“We hebben het boek geschreven om een beweging in gang te zetten die de mindset van de lading achter het woord ‘goed’ moet veranderen. Afgelopen jaar was 29 juli 2021 de dag dat we een kantelpunt hebben bereikt. Zogenaamd ‘World Overshoot day’. Dat was de dag dat we voor het jaar meer bronnen uit de aarde gehaald hebben dan dat de aarde ons terug kan geven. Iedere dag die volgt zijn we aan het stelen van de toekomstige generatie. Die dag komt ieder jaar eerder. Veel bedrijven en industrieën zitten nog in het CSR-systeem. ‘Corporate Social Responsibilty’. In dit systeem is het uitgangspunt ‘minder slecht’ zijn. Veel bedrijven committeren zich aan minder CO2-uitstoot, minder ontbossingen en minder plastic. Maar minder is nog altijd niet goed genoeg. ‘Ik vermoorde vroeger tien mensen, nu nog maar vijf’. Het maakt je geen ‘betere’ moordenaar. Het is niet de juiste instelling. Het enige businessmodel dat toekomstbestendig is, is het model waar we herstellen en dat we ‘restorative, reparitive en regenarative’ noemen en dat is waar Netto Positief uiteindelijk ook om draait. Dat is zeker niet makkelijk om te implementeren, maar het is absoluut noodzakelijk. Het boek geeft antwoord op twee eenvoudige vragen. Is de wereld erbij gebaat dat mijn bedrijf bestaat? En hoe kun je als bedrijf profiteren van de uitdagingen waar de wereld voor staat, in plaats van die uitdagingen te creëren. Netto Positief laat een nieuw licht schijnen op de doelen die bedrijven moeten nastreven.”

Hoe kan een bedrijf de transitie maken van een bedrijf dat winst gedreven is naar een bedrijf dat netto-positief gedreven is?

“De vraag impliceert dat ‘purpose’ and profit’ niet samengaan. Dat is in de meeste gevallen niet meer waar. Ik durf de stelling aan dat bedrijven die maatschappelijke doelen nastreven een hogere kans hebben om op de lange termijn winst te maken. Ik noem het ‘profit through purpose’. Bedrijven moeten winst draaien. Dat is bij De Wilmersberg niet anders. Maar winst zie ik als de witte bloedlichamen in je lichaam. We hebben witte bloedlichamen nodig om te leven, maar we leven niet voor witte bloedlichamen. We kunnen onderbouwen dat bedrijven die een sterk maatschappelijk doel hebben, met een ‘multi-stakeholder-model’ werken en duurzaamheid een centrale plek geven in hun strategie, beter presteren dan de bedrijven die dat niet doen. In de tien jaar dat ik CEO bij Unilever was, hebben we een aandeelhoudersrendement van 300 procent behaald, terwijl we tegelijkertijd onze andere stakeholders niet uit het oog verloren: we hebben flink geïnvesteerd in het verduurzamen van onze waardeketen en onze merken gebruikt om maatschappelijke problemen op te lossen. We waren een van de eersten met groene energie, het verbeteren van arbeidsvoorwaarden in veel landen en een sterke voorvechter van het verbeteren van de internationale mensenrechten. We hebben het leven verbeterd van 1,2 miljard mensen door toiletten te bouwen, hygiëne bereikbaar te maken voor meer mensen waardoor ze niet meer stierven aan infecties. Dit ‘multi-stakeholder-model’ gaat prima hand in hand met een aandeelhoudersmodel. Verrassend is dat niet. Door als bedrijf te focussen op de uitdagingen in de wereld op het gebied van klimaat of op sociaaleconomisch vlak, zorg je ervoor dat de kosten worden gereduceerd, de motivatie en productiviteit onder de medewerkers stijgen en dat je voor potentiële medewerkers een aantrekkelijkere werkgever wordt en blijft. En die facetten zijn weer een katalysator voor innovatiekracht. En het bewijs is er. ‘Purpose driven companies’ hebben een significant hoger aandeelhoudersrendement. Wat deze manier van ondernemen aantrekkelijk maakt is het feit dat we zolang hebben gewacht om deze problematiek aan te pakken, dat de prijs die we betalen als we niets doen hoger ligt dan wanneer we juist nu gaan handelen. Dat feit moet bedrijven wakker schudden om nu aan de slag te gaan.”

Hoe implementeer je dit in de hotellerie?

“Als je kijkt naar bedrijven die dit succesvol hebben geïmplementeerd, zie je dat zowel top-down als in alle lagen van de organisatie de mindset is veranderd. Voor de hotellerie is er een hoger rendement te behalen op het gebied van food waste. De studies die ik ken, laten zien dat in de hospitality industrie er tussen de 18 en 20 procent van het voedsel wordt weggegooid. Waterverbruik in hotels is bijzonder hoog. In hotels wordt er 8 tot 10 keer meer water gebruikt dan in de huizen in omgeving van waar het hotel staat. Het verbaast mij nog altijd hoeveel plastic er in de hotellerie wordt gebruikt. Niet iedere dag de handdoeken wassen is een begin, maar er worden geen significante stappen gezet, een aantal Eco Boutique Hotels daar gelaten. Hetzelfde geldt voor mensenrechten in de toerisme-industrie of het beschermen van biodiversiteit waar nog veel winst te behalen valt. Alles begint bij het bewustzijn. Als dat ontbreekt, kun je ook niet beginnen. Daarna begint het met kleine stappen. Begin met kritisch kijken naar energie- en waterverbruik en naar het beperken van food waste. Iedereen kijkt kritisch naar het energieverbruik in het eigen huis. Waarom dat dan niet doen op corporate niveau? Bij Unilever hebben we tussen de 400 en 500 miljoen dollar uit onze kosten kunnen halen door simpel en kritisch naar onze energieconsumptie en food waste te kijken. Het aspect food waste is voor een bedrijf als Unilever natuurlijk van groot belang, omdat we in die food industrie zitten. We konden het niet accepteren dat er 826 miljoen mensen op deze aarde iedere avond met honger naar bed gingen, terwijl wij als bedrijf voedsel verspilden. Dus stap één is het kijken naar welke resultaten er binnen je eigen organisatie te halen zijn.”

En stap twee?

“De volgende stap is om buiten je eigen muren te kijken. Lokale producten in het juiste seizoen kopen. Het is simpel, maar wel nodig. Een avocado laten invliegen vanuit een ander werelddeel is gewoon niet meer haalbaar en ook niet meer uit te leggen. Een hotel kan veel invloed uitoefenen op het herstel of de groei van de biodiversiteit rondom het eigen hotel. Ik was niet lang geleden in Kenia, waar ik in het Sands Hotel verbleef. Zij hebben een actief programma waarin zij de biodiversiteit rondom het hotel herstellen. Op die manier draag je als hotelonderneming bij aan de omgeving. Door buiten de eigen onderneming te kijken, creëer je meer impact. Stap 3 is duidelijke doelstellingen instellen: ‘net-zero’ en volledige circulariteit. We kunnen ons huishouden volledig circulair invullen. Waarom zou een hotel dat niet kunnen? Stap 4 is netto-positief aan de slag gaan. Het Sands Hotel doet dat. Meer geven dan nemen. Meer energie opwekken dan gebruiken. Er zijn ‘waste water systems’ die ervoor zorgen dat het water dat het hotel verlaat een betere kwaliteit heeft dan het water dat het hotel binnenkomt. Een hotel kan ‘wateronafhankelijk’ worden. Er zijn zogeheten grijswatersystemen die het water waarmee gedoucht en gewassen wordt, actief reinigen. Het biologisch gereinigde water wordt door het membraamfilter geleidt, waarna het in de schoonwatertank wordt opgeslagen. De laatste – en misschien wel belangrijkste – stap is erachter komen dat je dit als industrie niet alleen kunt doen. Tijdens de Klimaatconferentie van Glasgow in 2021 is de Sustainable Hospitality Alliance geboren. Inmiddels zijn daar 35.000 hotels bij aangesloten, wat ongeveer dertig procent van de gehele industrie is.”

Hoe gaat de hotelindustrie om met die doelstellingen?

“Frederico Gonzalez is de CEO van de Radisson Hotel Group. Hij heeft zich uitgesproken om met zijn groep in 2030 klimaatneutraal te zijn. Brune Poirson, voormalig staatssecretaris van milieutransitie in Frankrijk, vervult sinds 2021 de functie van Chief Sustainable Officer bij Accor. Zij hebben het project ‘Planet  21’ in het leven geroepen om alle hotels energie-efficiënter te krijgen en food waste te reduceren. Ik geloof in ecotoerisme als snelgroeiende business. Mensen zijn bereid meer te betalen en willen graag onderdeel van de oplossing zijn in plaats van onderdeel van het probleem. Op individueel niveau kunnen we het onderscheid maken. Een hotel herbergt tientallen, of misschien wel honderden individuen. Als hotel – en helemaal als hotelketen – kun je nog veel meer impact hebben.”

Wat voor soort leiderschap past bij dit gedachtegoed?

“Als we kijken naar de uitbraak van de pandemie zagen we twee bijzondere ontwikkelingen. Bedrijven die met een langetermijnvisie en multi-stakeholder-model de weg richting de toekomst waren ingeslagen en duurzaamheid hadden omarmt in de kern van hun filosofie, presteerden over het algemeen beter. Daarnaast staat de ontwikkeling van de bedrijven die gefocust zijn op hun aandeelhouders. Het viel op dat zij over het algemeen minder presteerden. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld zag je een omslag waar voornamelijk millennials en de mensen behorend tot de generatie Gen Z ervoor kozen om te werken voor maatschappelijk betrokken bedrijven. Om terug te komen op je vraag zie je veel onzekerheid en angst bij veel mensen sinds de uitbraak van de pandemie. Er is een grote groep mensen die er nu bewust voor kiest om geen kinderen te nemen omdat ze zich te veel zorgen maken over het klimaat en om hun toekomst. Leiders die ‘purpose driven’ zijn, die samenwerkingsverbanden aangaan, die verder denken dan één generatie, die bescheiden en menselijk zijn, leiders die vasthouden aan hun medewerkers in deze onzekere tijd, dát zijn de leiders van de bedrijven die relatief goed uit de crisis zijn gekomen. Bijzonder detail is dat ook op overheidsniveau die type leiders hun land relatief goed door de coronacrisis leidden. Kijk naar landen als IJsland, Finland, Denemarken en Nieuw-Zeeland; zij hebben het goed gedaan. Misschien niet geheel toevallig worden deze landen door vrouwen geleid. Populistische leiders gebruikten COVID-19 om de wetenschap te ondermijnen, de feiten te ontkennen en verloren hun geloofwaardigheid. Waar de wereld behoefte aan heeft zijn leiders die de waarheid onder ogen zien en zich beseffen dat ze zich ten dienste van andere moeten opstellen.”

Is Netto Positief haalbaar?

“We moeten. Heel simpel. Bedrijven moeten de wereld verrijken en niet ten koste van de planeet handelen. En hoewel de uitdaging een grote is, ben ik ervan overtuigd dat het haalbaar is. Er is geen enkel bedrijf dat nu alle doelstelling uit het boek ‘Netto Positief’ kan halen en ook kunnen ze dat niet alleen. Maar het is wel waar we naartoe moeten als we een leefbare planeet willen behouden. En ik ben optimistisch. Wetenschappelijke studies laten zien dat het haalbaar is. Millennials en Gen Z geven in grote mate aan dat ze niet willen werken voor bedrijven die zich onverantwoord gedragen en geen producten willen kopen van bedrijven die zich onverantwoord gedragen. Dat stemt mij positief. Ook op overheidsniveau zijn de signalen goed. Het gaat nog niet snel genoeg, maar de beweging zijn er. Technologische ontwikkelingen geven mij hoop. De verwachting was dat de prijs van wind- en zonne-energie pas in 2050 op het niveau zou zijn dat het nu is. Het feit dat het voor een bedrijf op dit moment effectief duurder is om niet te handelen naar een duurzamere bedrijfsvoering geeft mij ook hoop. Het zal ervoor zorgen dat ook de financiële markt aanhaakt. We zien dat bedrijven zich committeren om hun portfolio CO2-neutraal te krijgen. De crisis die we aan het bestrijden zijn is uiteindelijk geen klimaatcrisis, geen crisis van ongelijkheid of een crisis van het veiligstellen van ons voedsel. Het is in essentie een crisis van hebzucht en apathie. Waar we behoefte aan hebben zijn leiders die dat inzien en elkaar niet beconcurreren maar de samenwerking aangaan om vooruitgang te boeken, en speciaal als het gaat over de toekomst van de mensheid.”

Over Paul Polman

Paul Polman (Enschede, 1956) is een internationaal bedrijfsbestuurder met een indrukwekkende staat van dienst. Polman werkte bijna 30 jaar bij Procter & Gamble, werd in 2006 CFO bij Nestlé en werd in 2009 de topman van Unilever. Hij was er tot 2019 CEO. Tijdens zijn bewind bij Unilever zette hij sterk in op het verduurzamen van alle activiteiten van het bedrijf. In 2010 introduceerde hij het Sustainable Living Plan, waarin hij harde doelstellingen opstelde om het bedrijf te verduurzamen. In zijn visie is het zaak niet alleen de aandeelhouders, maar ook de planeet en de bewoners te dienen; Het multi-stakeholder-model. Om groei te realiseren moest het bedrijf zijn milieuvoetafdruk minimaliseren. In 2030 wil Unilever zijn milieuvoetafdruk hebben gehalveerd. Sinds zijn aftreden in 2019 blijft Polman zich inzetten voor het verduurzamen van het bedrijfsleven. Met zijn stichting Imagine brengt hij gelijkgestemde CEO’s bij elkaar om de duurzame ontwikkelingen te stimuleren. Hij is ook voorzitter van The Saïd Business School in Oxford en de UN Global Compact en werkt met zijn vrouw aan verschillende stichtingen die ze hebben opgericht. In 2021 schreef Paul Polman zijn visie over de verduurzaming van het bedrijfsleven op in het boek ‘Netto Positief’.

Overig nieuws