De toekomst zit in wellness. Vrijwel geen enkel hotel opent vandaag de dag zijn deuren zonder dat zich daarachter ontspannende en inspannende faciliteiten bevinden. De bouwplannen van Hotel en Congrescentrum Papendal mogen ter illustratie dienen; hoe kan het ook anders, op het terrein dat ooit voor sporters gereserveerd was.
Het Arnhemse ontwerpbureau Desarc concept & design schoof achter de tekentafels voor Papendal en ontwikkelde een helder en sportief plan voor het wellnesscentrum, de relaxruimte, de fitnesszaal én de kamers van het viersterrenhotel. ‘Wellness hoort helemaal bij vier sterren,’ zegt René Wijnings, directeur van Desarc. ‘En Papendal heeft van origine een sterke sportassociatie, dus ook een stukje beweging mocht niet ontbreken. Vanwege het congrescentrum worden er veel zakelijke gasten ontvangen. En na een groot deel van de dag met je hoofd te hebben gewerkt, is het prettig om daarna nog even lichamelijk bezig te zijn.’
Open en bloot
Natuurlijk is veel beweging goed voor je, maar mensen sporten ook voor de gezelligheid. In de fitnesszaal van Papendal helpen twee sporters uit Venezuela elkaar gebroederlijk met de gewichten; een stelletje in witte badjassen sloft door de relaxruimte, nog loom en ontspannen van het saunabezoek. Hoewel de wellness- relax-, en sportruimtes aaneengeschakeld zijn en alleen gescheiden worden door glazen wanden, heb je in ieder deel toch het gevoel van privacy. De fitnessapparatuur staat naar buiten gericht, zodat de sportievelingen niet alleen een bosrijk uitzicht hebben, maar ook de relaxers in de ruimte ernaast ongegeneerd kunnen rondhangen zonder het gevoel van bekeken te worden. En hoewel de relaxruimte zich tussen het saunagedeelte en de fitness bevindt, hebben ze ook geen inkijk van de saunabezoekers. ‘De zalen ademen ruimte en vrijheid, maar zijn niet open en bloot. Bij het ontwerp van alle ruimtes was het een uitdaging om ze zowel openheid als privacy te laten uitstralen,’ verklaart René Wijnings. ‘Normaal gesproken houd je in een wellnessontwerp ook rekening met de privacy van de gasten, maar hier in Papendal gaat het ook nog eens om een congrescentrum. Zakelijke gasten moeten zich in de wellness op hun gemak kunnen voelen zonder dat het voor hen te intiem wordt. Doordat de sauna en het stoombad met de rug naar de relaxruimte staan gekeerd, krijg je een veilig en beschut gevoel, zonder dat het aan de open uitstraling iets af doet. Via de glazen wand kijk je namelijk nog direct het bos in.’
‘Passie voor sport!’ lijkt heel Papendal te roepen. Desarc heeft deze kreet door laten galmen in de kamers van het nieuwe viersterrenhotel. ‘De kamers hebben een toegankelijke luxe en zijn niet over de top. Ze passen helemaal bij de sportieve, heldere en natuurlijke identiteit van Papendal,’ zegt de architect.
Krachten bundelen
Papendal is een sporthotel en heeft alle sport- en wellnessfaciliteiten dus binnenshuis, maar er zijn ook veel hotels die zulke voorzieningen buiten de deur aanbieden. De Veluwse Bron is een wellnessresort in Emst dat veel samenwerkt met het Hotel Golden Tulip in Epe. Het bed en het bad zijn vier kilometer van elkaar verwijderd, maar De Veluwse Bron brengt de gasten met een wellnessarrangement op en neer. ‘Wij werken met het Golden Tulip Epe samen door combinatiearrangementen aan te bieden,’ zegt Marianca Rave, woordvoerder van het hotel. ‘Je moet toch een beetje de krachten bundelen. Vorig jaar juli zijn wij geopend en toen hebben we ook bewust gekeken naar de hotels en bed & breakfasts in de omgeving. Ook loopt hier af en toe personeel van het Golden Tulip rond, want vooral in de horeca kunnen wij met de drukke dagen wel wat hulp gebruiken.’
Revolutie
Het is niet vreemd dat het druk is in wellnesscentra. Het CBS constateerde in 2007 al dat de Nederlander steeds meer aandacht en geld besteedt aan lichamelijk welzijn. Het aantal bedrijven is tussen 2001 en 2006 met een derde toegenomen tot 2400. Ook het aantal mensen dat in de wellness werkte, verdubbelde in vijf jaar tijd. Want bezocht tien jaar geleden slechts acht procent van de bevolking wel eens een sauna, in 2007 was dat toch al twaalf procent.
Wie ook heil ziet in wellness en het zelfs de snelst groeiende bedrijfstak ter wereld noemt, is de Amerikaanse econoom en ‘wellnessgoeroe’ Paul Zane Pilzer. Hij schreef in 2002 ‘The Wellness Revolution’ en in 2007 ‘The New Wellness Revolution’. Beide boeken werden in twaalf landen vertaald. Een globale samenvatting: ‘Wellness is geen gril of trend, maar een pure noodzaak. Stap in en maak je fortuin in wellness. Besef dat wellness nog nooit zo noodzakelijk geweest is: heel veel mensen zijn vandaag de dag ziek of te dik. En waar vroeger de familienaam een persoon economische en sociale kansen bood, is dat nu gezondheid en uiterlijk.’
Pilzer volgt de wellnessindustrie al sinds 1996 en heeft de grafieklijnen zien stijgen. In ‘The New Wellness Revolution’ geeft hij vijf verklaringen voor waarom wellness een rendabele onderneming is.
Het is in de 21e eeuw bereikbaar en betaalbaar geworden om een wellnessbehandeling te ondergaan.
Wellness verkoopt zichzelf. Als iemand er door het één of ander goed uitziet of zich jong en gezond voelt, wil een ander dat ook.
Succesvol als het bijgehouden wordt. Dus als bijvoorbeeld een schoonheidbehandeling meerdere keren wordt ondergaan.
Gezondheid, ontspanning, fitheid en schoonheid hebben een universele uitstraling van aantrekkelijkheid.
Mensen maken graag tijd vrij voor een wellnessbehandeling. Ze geven makkelijker geld uit aan luxe goederen die op den duur een gewenning worden.
De boodschap is duidelijk. Wellness is niet meer weg te denken. En hotels zijn bij uitstek geschikt voor het aanbieden van dit soort faciliteiten. Paul Zane Pilzer bazuint het rond: ‘Welness is een miljardenindustrie. Nu is het de tijd om in te stappen.’
HM302009