De ‘tweede eerste indruk’ van het hotel krijgt de gast wanneer hij of zij de kamer binnenloopt. Die moet minstens zo goed zijn als de allereerste indruk, dus natuurlijk doet u er alles aan om de hotelkamer zo goed mogelijk te presenteren. Daarbij moet alles kloppen: het kleurgebruik, de temperatuurinstelling, de hygiëne en nog veel meer… We spreken Carlo Slag, eigenaar van Preston Palace hotel, en Debbie Zeeuw van der Laan, designer bij Valk Design, over het interieur en design van hotelkamers.
Kleurgebruik is van groot belang in het interieur. Over het algemeen wordt aangenomen dat wit als ‘luchtig’ wordt ervaren, waardoor de kamer als ruimer en lichter wordt ervaren. Donkere kleuren geven een groter gevoel van intimiteit en verfijning. Groen zie je steeds vaker terug, met name in boutique hotels die zich richten op jongeren. De kleur roept immers een gevoel van jeugdigheid en levendigheid op en wordt geassocieerd met de natuur. Dat ziet Debbie ook, alhoewel er duidelijke trends waarneembaar zijn binnen de hotellerie. “In principe vind ik dat alle kleuren toegepast kunnen worden, alhoewel de combinatie van kleuren wel goed afgestemd moet zijn. Groen zie je tegenwoordig steeds vaker, terwijl vroeger rood en geel regelmatig terugkwamen in het hotelkamerinterieur. De kamers worden vaak in één kleur gestyled, maar vooral niet te schreeuwerig. We gebruiken daarom vaak rustige kleuren. Witte wanden dragen weinig bij aan de sfeer in de ruimte, je ziet juist steeds meer kleur in de hotelkamer.”
In Overijssel heeft Carlo Slag, eigenaar van het Preston Palace hotel ongeveer dezelfde ervaring: “We hebben gekozen voor een hotelkamerinterieur met veel licht en op elk van de vijf bouwlagen een eigen kleur, die op een speelse manier terugkomt in interieurelementen. Kleur speelt daardoor een bijzondere rol binnen het ontwerp; je ziet de kleur niet alleen terug in de kamers, maar ook op vloerbekleding in de gangen en bijvoorbeeld ook in de wandlampjes. Op die manier creëer je eenheid, maar wel met een creatieve twist.”
‘Standaard’ bestaat niet meer
Een hotelkamer wordt volgens Debbie steeds minder ‘standaard’. De wensen van de gast veranderen immers. “Een aantal jaar geleden waren wij één van de eersten met de open badkamer, terwijl dat nu een behoorlijke trend is. Eigenlijk kun je stellen dat er geen standaard interieurbouw meer is voor hotelkamers; die tijd is voorbij. We werken nu steeds meer met losse tafeltjes en decoratieve elementen, zoals hanglampen en planten, echt in ‘huiskamerstijl’. Je gasten willen zich helemaal thuisvoelen in je hotel, dus ook op de hotelkamer.” Carlo heeft er ook voor gekozen om meer variatie aan te brengen in het aanbod van zijn hotelkamers: “Vroeger hadden we één type kamer en was er bij ons geen vraag naar andere kamertypes, maar de wensen van onze gasten zijn duidelijk veranderd. Er is echt meer vraag naar luxe en comfort; daarom hebben we nu ook de ‘Royal’ kamers en de suites toegevoegd. De ‘Classic’ kamers die we nu hebben, zijn de kamers die voorheen standaard waren, alhoewel we alle 318 kamers volledig hebben gerenoveerd. De ‘Royal’ kamers hebben meer luxe ten opzichte van de ‘Classic’ kamers, met bijvoorbeeld een balkon en een grotere tv, terwijl we bij de suites helemaal een superdeluxe ervaring bieden.”
Aan de andere kant moet een hotelkamer ook praktisch zijn, met name voor de afdeling housekeeping. Daar houdt het team van Debbie zeer zeker ook rekening mee: “Natuurlijk gebruiken we geen geplooide lampenkappen van velours, want die zijn door de housekeeping niet goed af te nemen. Ook met betrekking tot de gebruikte materialen van de tafeltjes en stoelen houden we daar rekening mee. Het moet tegen een stootje kunnen en de materialen zijn in hotels doorgaans slijtvaster dan in de gemiddelde woning. Op de vloer leggen wij bijna nergens meer tapijt in de kamers. Ik snap de overweging om tapijt te leggen ergens wel: het is goedkoop om te leggen, maar niet hygiënisch en het doet ouderwets aan. Wij maken veel gebruik van PVC. In combinatie met een leuk kleed heb je op die manier een hotelkamer die huiselijk aandoet; bovendien is zo’n kleed makkelijk te vervangen. Het PVC kun je met houtmotief verkrijgen en leggen in een visgraatmotief; dat is prachtig en bijna niet van echt hout te onderscheiden.”
In de kamers van het Preston Palace hotel vind je ook PVC, vertelt Carlo: “De hygiënenormen worden steeds hoger, de gast vraagt zich bij vloerbedekking af hoe hygiënisch dat eigenlijk is. Feitelijk vinden ze het maar smerig, wanneer ze bedenken hoeveel mensen daar met hun blote voeten overheen hebben gelopen. Als je me vijftien jaar geleden had gevraagd of ik PVC zou leggen, dan had ik je vraag met ‘nee’ beantwoord, want er was destijds een sterke associatie van PVC-vloeren en ziekenhuizen. Tegenwoordig kun je deze vloeren verkrijgen in houtmotief, zelfs met een ‘nerf’, dus het lijkt in geen geval op een ziekenhuisvloer en zowel de housekeeping als mijn gasten zijn er blij mee. Op de gangen ligt nog wel een middenbaan van tapijt, in bijpassende kleur. Maar die strook is er vanwege het contactgeluid; want dat is het enige nadeel van PVC.”
Weg met grote bureaus en overvloedige kastruimte
De veranderende wensen van de hotelgast zien we terug in verschillende elementen op de hotelkamer. Het grote bureau verdwijnt. Carlo: “Vroeger ruimden hotelgasten hun kast in, maar tegenwoordig zijn ze gewend om uit hun koffer te leven. De tafel op de kamer is dus een ‘koffertafel’, waaraan je ook zou kunnen werken als je dat wil. We hebben nog wel kasten op de kamers, want doordeweeks ontvangen we een doelgroep van senioren die nog wel graag de kast inruimt. Uiteindelijk bepaalt de gast wat hij wil en wij passen ons daarop aan.”
Debbie: “De tijd van die immense bureaus is inderdaad voorbij. Hotelgasten werken soms wel even op de laptop wanneer ze op de kamer zijn, maar liever nemen ze plaats in de gemeenschappelijke ruimte; dat is veel gezelliger. Op de hotelkamer wordt het bed steeds vaker gebruikt als ‘werkplek’. Op het bed kun je ook je e-mails beantwoorden met je iPad of smartphone. Natuurlijk blijft er wel een tafel op de kamer staan, maar dan kleiner. Op die tafel staat meestal zo’n leuk espressoapparaatje en spulletjes om thee te maken.”
Debbie ziet ook dat er minder behoefte is aan kastruimte: “Mensen verblijven tegenwoordig maar één of twee nachten in het hotel. De tijd van grote kasten is daardoor ook voorbij.”
Worden de hotelkamers daardoor dan niet steeds kleiner? “Nee, dat niet. De kamers worden bovendien niet minimalistischer. We besteden namelijk wel veel meer aandacht aan zaken die ertoe doen voor de huidige hotelgast, zoals het plaatsen van een mooie sunshower en luxere douches. Zelfs een sauna is niet ondenkbaar. Luxe-items die de gast verrassen zijn bepalend voor de ervaring in je hotel. Daarom hangen we ook handgeschilderde unieke schilderijen op de kamers, waardoor geen kamer hetzelfde is. De reacties daarop zijn lovend.” Over het sanitair wil Carlo ook graag nog wat kwijt, want hij heeft gekozen voor een moderne oplossing: “Op de Classic kamers staan polyester units, dus zonder voegen en dergelijke. Dat is heel strak en hygiënisch. Makkelijk in het onderhoud ook. Vroeger stond er een duoblok toilet, maar dat is niet van deze tijd vind ik. Omdat we met polyester units werken, is inbouw niet mogelijk. Gelukkig vonden we een product van Geberit dat los gemonteerd kan worden, echt klassespul. Vooral in de sanitaire ruimtes kiezen wij altijd voor goede producten van A-merken, want daar let de hotelgast echt wel op. Chinese bagger zou ik in mijn hotel niet gauw installeren, maar datzelfde geldt voor je F&B hoor… Het zal je verbazen hoeveel mensen onze borden omdraaien om te kunnen zien van welk merk het servies is. We zijn met zijn allen best een ondernemend en onderzoekend volkje geworden.”
Goede luchtbehandeling is belangrijk
Er zijn ook zaken die je niet ziet, maar wel voelt. Ook die zijn van het grootste belang. “Een kamer zonder goede luchtbehandeling kan echt niet meer”, vertelt Debbie. Een te warme kamer is uiterst hinderlijk. Daarnaast zou ik kiezen voor meerdere lichtpunten; dat maakt het geheel ook huiselijker en praktischer. Goede leesverlichting bij het bed is daarbij essentieel. Uiteindelijk kunnen we wel ver gaan bij het maken van een design, maar we moeten altijd beseffen dat een badkamer misschien wel twintig jaar mee zou moeten gaan en een hotelkamer een jaar of acht. Het is dan wel uitkijken met zwarte kranen en gouden wasbakken. Niet alleen vanwege het feit dat ze lastiger zijn voor de housekeeping, maar ook omdat ze de tand des tijds moeten doorstaan. Gouden elementen zijn trouwens wel helemaal in, daar zou ik wel voor durven kiezen.”
Carlo koos op de hotelkamers voor een oplossing die hem een behoorlijke bom duiten kostte, maar die nog steeds heel goed bevalt. “Ons hotel zit in een oud ziekenhuis dat stamt uit het begin van de jaren zestig. De conventionele radiatoren hebben we allemaal vervangen. Op iedere kamer dus. Die dingen kosten 900 euro per stuk, dus als je dat vermenigvuldigt met 318, dan snap je wel dat het een flinke investering is. Ik had ook de oude radiatoren kunnen laten hangen natuurlijk, maar bij ons staat kwaliteit voorop, dus we hebben gekozen voor nieuwe. Natuurlijk, de kamers hadden er anders uitgezien als ik een onbegrensd budget zou hebben, maar ik vind dat we gewoon hele goede kwaliteit aanbieden op alle vlakken. Ook de kozijnen, vitrages, overgordijnen en bedden zijn gewoon van uitstekende kwaliteit; voor minder doen we het niet. En de klassieke systeemplafonds hebben we gelijk ook maar vervangen door een nieuw systeem dat een ‘verdekt x-profiel’ heeft, dus je ziet gewoon een strak, wit plafond. Dat geeft veel meer een gevoel van ruimtelijkheid en rust, echt een mooie toevoeging.”
Foto Carlo Slag: Ruben Cress Fotografie
Foto Debbie Zeeuw van der Laan: aangeleverd door Debbie Zeeuw van der Laan
HM302019
